Op 4 mei 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1987 en gedetineerd. De zaak betreft twee parketnummers: 13/024390-23 (zaak A) en 13/315728-22 (zaak B). In zaak A is de verdachte beschuldigd van winkeldiefstal en poging tot oplichting bij de supermarkt Dirk van den Broek op 23 januari 2023. In zaak B is de verdachte beschuldigd van vernieling van een auto op 2 december 2022. Tijdens de zitting op 21 april 2023 was de verdachte aanwezig en zijn de zaken gevoegd behandeld. De officier van justitie, mr. R. Leuven, heeft vrijspraak van de winkeldiefstal gevorderd, maar wel bewezen geacht dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan poging tot oplichting. De verdediging, vertegenwoordigd door mr. N. Stegerhoek, heeft ook vrijspraak bepleit voor zowel de winkeldiefstal als de vernieling, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de winkeldiefstal en de vernieling. Echter, de rechtbank achtte de poging tot oplichting wel bewezen, gebaseerd op camerabeelden en de verklaring van de verdachte. De rechtbank heeft de verdachte vervolgens veroordeeld tot een ISD-maatregel van twee jaar, waarbij rekening is gehouden met zijn recidive en de ernst van de feiten. De rechtbank heeft de maatregel opgelegd om de veiligheid van de maatschappij te waarborgen en om de verdachte de kans te geven zijn gedrag te veranderen.