ECLI:NL:RBAMS:2023:2575

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
28 februari 2023
Publicatiedatum
24 april 2023
Zaaknummer
RK 22-015348
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toekenning van schadevergoeding voor kosten van raadsman op grond van artikel 533 Sv

In deze beschikking van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 28 februari 2023, is het verzoek van de gewezen verdachte om een schadevergoeding voor de kosten van een raadsman toegewezen. De verzoeker, geboren in 1995, werd op 14 maart 2022 aangehouden op verdenking van brandstichting en werd dezelfde dag in verzekering gesteld. De rechter-commissaris heeft op 17 maart 2022 geoordeeld dat de inverzekeringstelling rechtmatig was, maar de verzoeker werd op 18 maart 2022 heengezonden. De officier van justitie heeft op 10 mei 2022 besloten om de verzoeker niet verder te vervolgen.

Het verzoekschrift voor schadevergoeding is op 18 juli 2022 ingediend. De rechtbank heeft op 14 februari 2023 het verzoek in openbare raadkamer behandeld, waarbij de verzoeker, zijn raadsman en de officier van justitie zijn gehoord. De verzoeker vroeg om een vergoeding van € 550,- voor de kosten van zijn raadsman voor het opstellen en indienen van het verzoek.

De officier van justitie verzet zich niet tegen de toekenning van de gevraagde vergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek tijdig is ingediend en dat er gronden van billijkheid aanwezig zijn voor de toekenning van de schadevergoeding. De rechtbank kent de gevraagde vergoeding van € 550,- toe aan de verzoeker, ten laste van de Staat. Deze beslissing is openbaar uitgesproken op 28 februari 2023, en er staat hoger beroep open voor de officier van justitie en de gewezen verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Strafrecht
Zittingsplaats Amsterdam
parketnummer : 13-065817-22
raadkamernummer : 22-015348
datum : 28 februari 2023
beschikking van de enkelvoudige raadkamer op het verzoek op grond van artikel 530 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:

[verzoeker] ,

geboren op [geboortedag] 1995 te [geboorteplaats] ,
woonplaats kiezend op het kantoor van zijn raadsman mr. C.R. Hettema,
[kantooradres] ,
hierna te noemen: verzoeker.

Feiten

Verzoeker is op 14 maart 2022 aangehouden en dezelfde dag in verzekering gesteld op verdenking van brandstichting.
Op 17 maart 2022 heeft de rechter-commissaris geoordeeld dat de inverzekeringstelling rechtmatig was en het verzoek om onmiddellijke invrijheidstelling afgewezen.
Verzoeker is op 18 maart 2022 heengezonden.
De officier van justitie heeft beslist verzoeker niet verder te vervolgen en heeft dat bij brief van 10 mei 2022 aan verzoeker meegedeeld.

Procedure

Het verzoekschrift is op 18 juli 2022 ter griffie van deze rechtbank ontvangen.
Het Openbaar Ministerie heeft op voorhand zijn standpunt schriftelijk kenbaar gemaakt.
De rechtbank heeft op 14 februari 2023 het verzoekschrift in openbare raadkamer behandeld en verzoeker, diens raadsman en de officier van justitie gehoord.

Verzoek

Het verzoek strekt tot het toekennen van een vergoeding van de kosten van een raadsman voor het opstellen, indienen en in raadkamer toelichten van het verzoek op grond van artikel 533 Sv tot een bedrag van € 550,-.

Standpunt van het Openbaar Ministerie

De officier van justitie verzet zich niet tegen het toekennen van de gevraagde vergoeding.

Beoordeling

De rechtbank is bevoegd en het verzoek is tijdig ingediend.
Aan de gewezen verdachte kan een vergoeding worden toegekend voor werkelijke schade als gevolg van tijdverzuim door de vervolging en de behandeling van de zaak ter terechtzitting.
Ook kan een vergoeding worden toegekend voor de kosten van een raadsman, inclusief kosten voor bijstand tijdens de verzekering en de voorlopige hechtenis, behalve als de raadsman was toegevoegd.
Een vergoeding voor deze kosten kan ook worden toegekend als de zaak eindigt met oplegging van straf of maatregel op grond van een feit, waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten.
De toekenning van een schadevergoeding heeft steeds plaats, indien en voor zover daartoe, naar het oordeel van de rechter, alle omstandigheden in aanmerking genomen, gronden van billijkheid aanwezig zijn.
De rechtbank acht die gronden aanwezig voor toekenning van het verzochte.
De rechtbank zal het verzochte bedrag van € 550,- toekennen voor de kosten van het opstellen, indienen en en in raadkamer toelichten van dit verzoek en het verzoek ex artikel 533 Sv.

Beslissing

De rechtbank kent aan verzoeker ten laste van de Staat een vergoeding toe van € 550,- (vijfhonderdvijftig euro).
Deze beslissing is gegeven door
mr. J.W.H.G. Loyson, rechter,
in tegenwoordigheid van A. Gordon, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op 28 februari 2023.
Tegen de beslissing van deze rechtbank staat voor de officier van justitie binnen veertien dagen daarna en voor de gewezen verdachte of zijn erfgenamen binnen een maand na de betekening hoger beroep open bij het gerechtshof.

BEVELSCHRIFT VAN TENUITVOERLEGGING

De rechtbank Amsterdam, enkelvoudige kamer, beveelt de tenuitvoerlegging van deze beschikking door overmaking van € 550,- (vijfhonderdvijftig euro) op IBAN-nummer
[rekeningnummer] ten name van Stichting Beheer Derdengelden [naam], onder vermelding van vergoeding 530 Sv, inzake: [verzoeker] .
Aldus gedaan op 28 februari 2023
door mr. J.W.H.G. Loyson, rechter.