Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Bewezenverklaring
6.Bewijs
7.Strafbaarheid van het feit
8.Strafbaarheid van verdachte
9.Motivering van de straf
first offender.
first offenderkennelijk zonder moeite de uitnodiging tot het plegen van de overval heeft aanvaard, van mensen die hij stelt niet te kennen, en vervolgens dit delict heeft gepleegd. Zoals hij zelf ter zitting heeft verklaard was destijds het geld en zijn imago als stoere jongen belangrijker dan de gevolgen voor de slachtoffers. Verdachte heeft vervolgens zijn medeverdachte benaderd en hem overgehaald om mee te doen. De rechtbank rekent verdachte dit eveneens aan. Verdachte en zijn medeverdachte hebben geen buit gemaakt bij de overval, maar dat doet niet af aan de gevoelens van angst en onveiligheid die de slachtoffers hebben ervaren. Ten tijde van de overval waren meerdere klanten in de winkel aanwezig. Een van de klanten, getuige [slachtoffer 4] , voelde opeens een hand in haar rug. Zij schrok enorm, draaide zich om en zag twee mannen die beide hun gezichten hadden bedenkt. Hierdoor schrok zij nog meer. Ook andere mensen die op dat moment in de winkel aanwezig waren, hebben verklaard dat het een dreigende situatie was en dat zij bang waren. Op dit soort bijzonder ernstige feiten dient in beginsel te worden gereageerd met een (forse) onvoorwaardelijke jeugddetentie, ook omdat slachtoffers van dergelijke overvallen vaak langdurig psychische klachten ondervinden van wat hen is overkomen. Ook dragen gewapende overvallen er aan bij dat mensen zich minder veilig voelen op straat of in een winkel.
first offenders. Het betreft in deze zaak de oriëntatiepunten voor een winkeloverval, waarbij de bedreiging met wapens en het georganiseerde karakter als strafverzwarende omstandigheden in aanmerking worden genomen. Gelet op de oriëntatiepunten heeft de rechtbank in beginsel de mogelijkheid om aan verdachte een onvoorwaardelijke jeugddetentie van vijf maanden op te leggen.
- het Pro Justitia rapportage, bestaande uit een rapport opgemaakt door drs. J. Hogendoorn, GZ-psycholoog, en drs. R. Brandsma, supervisor, op 6 maart 2023;
- het strafadvies van de Raad van 24 maart 2023, waarin wordt geadviseerd om aan verdachte een jeugddetentie (die gelijk is aan de dagen van het voorarrest) en een geheel voorwaardelijke werkstraf met voorwaarden op te leggen;
- het meest recente rapport van JBRA van 28 maart 2023.
de Raadzijn advies gewijzigd in de zin dat een voorwaardelijke jeugddetentie, als stok achter de deur, meer passend is bij de ernst van dit feit en de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Het is zorgelijk dat verdachte, als
first offender,de keuze heeft gemaakt om een winkeloverval te plegen. Tijdens de gesprekken met de hulpverlening is verdachte open en eerlijk. Hij heeft spijt van zijn handelen en hij schaamt zich duidelijk voor zijn keuze. Verdachte is gemotiveerd om mee te werken aan alle noodzakelijke hulpverlening, omdat hij niet meer in beeld wil komen bij de politie. De Raad kan zich vinden in de bevindingen van de psycholoog, in beginsel ook wat betreft het inzetten van het traject van ITB-Harde Kern, nu verdachte veel behoefte heeft aan strakke kaders. De Raad is echter van mening dat de geadviseerde voorwaarden, zoals geformuleerd in het rapport van 24 maart 2023, dus zonder de voorwaarde van ITB-Harde Kern, gelet op de gemotiveerde houding van verdachte voldoende zijn om het recidiverisico te verminderen. Verdachte wordt momenteel begeleid door een Levvel-coach, hij heeft een contactverbod met de medeverdachten en hij is aangemeld voor de behandeling van de Waag (waar hij binnen drie maanden terecht kan). Ook heeft hij een positieve dagbesteding en verwacht hij op zeer korte termijn te beginnen met een stage. Tot slot acht de Raad het wenselijk dat de bijzondere voorwaarden en het reclasseringstoezicht dadelijk uitvoerbaar worden verklaard.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
120 (honderdtwintig) dagen.
85 (vijfentachtig) dagen, van deze jeugddetentienietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelastop grond van het overtreden van de na te noemen algemene en bijzondere voorwaarden.
2 (twee) jarenonder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
- naar school/stage gaat volgens het rooster;
- meewerkt aan het hebben en behouden van een positieve vrijetijdsbesteding;
- meewerkt aan de begeleiding van Levvel (coaching);
- meewerkt aan de behandeling door de Waag of een andere soortgelijke instelling aan te wijzen door de jeugdreclassering;
- meewerkt aan alle hulpverlening die noodzakelijk wordt geacht door JBRA, ook als dit inhoudt dat verdachte dient mee te werken aan de hulpverleningstrajecten van ITB-Harde Kern;
- zich niet zal bevinden in de directe omgeving van de Korte Promenade in Almere (waar ook de [winkel] is gevestigd);
mr. A.E. van Montfrans, voorzitter tevens kinderrechter,