Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Federaal Parket van België(België) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
mr. M.A. Oosterveen, advocaat te Rotterdam, en door een tolk in de Turkse taal.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
2022/248, parket
18RF2152, rolnummer (griffie)
20L002183en notitienummer
FD.60.98.497/2018, gewezen door de rechtbank van eerste aanleg van Luik, Afdeling Luik, 19de Kamer.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
5.Strafbaarheid: feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
6.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden
Directoraat-generaal Wetgeving, Fundamentele rechten en Vrijheden, dienst internationale samenwerking in strafzaken, centrale autoriteit, de volgende garantie gegeven:
1.In welke detentie-instelling zal de opgeëiste persoon gedetineerd worden?
[opgeëiste persoon] zal worden opgesloten in de gevangenis van Lantin.
3.Sanitaire en hygiëne omstandigheden
Als algemene regel, voorziet de Basiswet van 12 januari 2005 betreffende het gevangeniswezen en de rechtspositie van de gedetineerden in algemene rechten en plichten voor gedetineerden, o.a. het recht op dagelijkse persoonlijke hygiëne, het recht op toegang tot gezondheidszorg en -bescherming evenredig aan dewelke wordt voorzien buiten de gevangenismuren. In dit verband, is een penitentiaire gezondheidsraad opgericht bij wet die adviseert bij het verbeteren van de kwaliteit de gezondheidszorg binnen de gevangenismuren. De medische zorg binnen de gevangenismuren is van gelijke kwaliteit als de medische zorg die wordt verstrekt buiten de gevangenismuren.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het
Federaal Parket van België(België) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.