ECLI:NL:RBAMS:2023:1009
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar inzake NOW-1 aanvraag
In deze zaak heeft eiseres, een Amsterdamse onderneming, beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijk verklaring van haar bezwaar door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) met betrekking tot de afwijzing van haar aanvraag voor een definitieve tegemoetkoming op grond van de Eerste tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor behoud van werkgelegenheid (NOW-1). Het primaire besluit van het Uwv, gedateerd 13 januari 2022, stelde dat eiseres het ontvangen voorschot van € 26.697,- moest terugbetalen. Eiseres stelde dat zij op 12 februari 2022 een bezwaarschrift had verzonden, maar het Uwv verklaarde dit niet te hebben ontvangen. De rechtbank heeft op 1 februari 2023 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van het Uwv aanwezig waren.
De rechtbank heeft beoordeeld of het Uwv het bezwaar van eiseres terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Eiseres voerde aan dat het bezwaarschrift mogelijk niet op de juiste plek binnen het Uwv was aangekomen, maar de rechtbank oordeelde dat het aan eiseres was om aan te tonen dat het bezwaarschrift tijdig was verzonden. Aangezien eiseres dit niet kon onderbouwen, concludeerde de rechtbank dat het Uwv terecht had geoordeeld dat het bezwaar niet-ontvankelijk was. De rechtbank benadrukte dat het Uwv niet verplicht was om zelf navraag te doen bij eiseres over een mogelijk bezwaar, vooral omdat het Uwv niet op de hoogte was van eerdere correspondentie van eiseres met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is gedaan door mr. M.W. Speksnijder en is openbaar uitgesproken op 23 februari 2023.