Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 7 februari 2022, met producties,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie, met producties,
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties,
- het tussenvonnis van 20 juli 2022, waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 6 oktober 2022 met de daarin genoemde stukken,
- de uitlating op de rol van 9 november 2022, waarbij ARS vonnis heeft gevraagd, en
- de brief van WeGo aan de rechtbank van 25 november 2022 met opmerkingen op het proces-verbaal.
2.De feiten
2.Onderwerp
1. De door ARS uit te voeren werkzaamheden zullen in opdracht worden gegeven door middel van de rechtsgeldige ondertekening door beide partijen van een Purchase Order waarin de opdracht is beschreven.
3.Prijs
1. De door ARS uit te voeren werkzaamheden zullen plaatsvinden op basis van de tarieven zoals vermeld in Annex 1.
7.SLA
1. Voor onderhoud en beheer van de door ARS geleverde software zullen partijen separate afspraken maken die zij vastleggen in een Service Level Agreement (SLA). De bepalingen uit deze Overeenkomst zijn tevens van toepassing op de Service Level Agreement tenzij in de betreffende overeenkomst daarvan expliciet wordt afgeweken.
Invoicing will be taking place up front, on a monthly basis. The number of OBU’s (forming the base for the VTS/OBU component) will be the number of active OBU’s of at the first day of the applicable month;
memorandum of understanding(hierna: het memorandum), waarin de afspraken staan met betrekking tot de gezamenlijke inschrijving van WeGo en ARS op een aanbesteding van het Ministerie van Defensie die zag op het delen van civiele dienstauto’s. Onder punt 7 van het memorandum staat het volgende:
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
Installatie OBUs in CDAU’s (CGIS voertuigen)”als bij de regel “
Communicatie OBU’s – backoffice”. Dat betekent blijkens punt 7 van het memorandum dat WeGo verantwoordelijk is voor de uitvoering en kosten van die beide punten. Dat bij ARS een kruisje staat bij de regel
“Levering OBU volgens CGIS eisen”maakt dat niet anders, omdat het hier blijkens de gestuurde facturen niet gaat om de levering van OBU’s maar om de installatie daarvan. Partijen hebben – anders dan WeGo aanvoert – de kosten van installatie en datatransmissie dus voorzien en bedoeld deze voor rekening van WeGo te laten komen zonder een maximum te stellen aan het dataverbruik of de daaraan verbonden kosten. WeGo heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit een andere uitleg van de WBS en het memorandum of een noodzaak tot aanvulling op grond van artikel 6:248 lid 1 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) volgt.
Levering OBU volgens CGIS eisen”, en niet dat maximaal 5% van de OBU’s defect mocht zijn. Het percentage waarnaar WeGo verwijst is genoemd in een calculatie die is gemaakt voorafgaand aan de totstandkoming van de ROK. Dat is onvoldoende, omdat een calculatie – zoals ARS aanvoert – ook tot doel kan hebben om een grove berekening te maken, zonder dat het de bedoeling daarvan is partijen aan de daaraan ten grondslag liggende aannames te binden. Daarbij komt dat WeGo evenmin voldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit volgt dat meer dan 5% van de OBU’s daadwerkelijk defect was. WeGo heeft ook onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit volgt dat ARS verplicht was de datatransmissie tot een bepaalde omvang te beperken. De subsidiaire vordering van WeGo moet dus worden afgewezen.
up frontzal worden gefactureerd. Daaruit volgt dus niet de beperking dat ARS pas betaald zou worden nadat zij conform de gegeven opdracht heeft geleverd, terwijl de SLA op grond van artikel 7 van de mantelovereenkomst boven de mantelovereenkomst prevaleert. WeGo heeft onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit volgt dat artikel 3.3 van de mantelovereenkomst prevaleert boven artikel 4.4 van de SLA, dat artikel 4.4 van de SLA slechts een praktische afspraak omtrent facturering bevat of dat ARS pas betaald zou worden indien haar werk aan bepaalde kwaliteitseisen zou voldoen. Dit verweer van WeGo faalt.
5.De beslissing
18 januari 2023voor het nemen van een akte door WeGo in overeenstemming met hetgeen is vermeld onder 4.7, waarna ARS op de rol van
1 februari 2023een antwoordakte kan nemen in overeenstemming met hetgeen is vermeld onder 4.7,
18 januari 2023voor het nemen van een akte door ARS in overeenstemming met hetgeen is vermeld onder 4.25, waarna WeGo op de rol van
1 februari 2023een antwoordakte kan nemen in overeenstemming met hetgeen is vermeld onder 4.25,