Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the District Court in Wrocław(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
the Regional Court for Wrocław-Śródmieścievan 18 april 2018 (II K 757/17).
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
Regional Court for Wrocław-Śródmieścievan 18 april 2018 (II K 757/17) een
aggregate verdictbetreft.
a) of the District Court for Wrocław-Fabryczna II Criminal Department of January 10, 2012, in regards of the case reference number II K 1675/11, which sentenced [opgeëiste persoon] for the offence of the Art. 178a § 1 and 4 of the Penal Code committed on September 4, 2011 to the term of 10 (ten) months of imprisonment including the detention period from September 4, 2011 to September 5, 2011;
a wife’ van de opgeëiste persoon is uitgereikt terwijl hij op dat moment niet eens getrouwd was. De opgeëiste persoon betwist de beslissingen en niet staat op ondubbelzinnige wijze vast dat hij op de hoogte van de zittingen was. Hij had bovendien geen advocaat en hij is niet geïnformeerd over de mogelijkheid om hoger beroep of verzet in te stelle en evenmin is een verzetgarantie verstrekt.
a wife’ van de opgeëiste persoon wordt gesproken - leidt niet tot een ander oordeel omdat dit niet afdoet aan de vastgestelde onzorgvuldigheid.
5.Strafbaarheid
vonnis a.is veroordeeld wegens
the offence of the Art. 178a § 1 and 4 of the Penal Code committed on September 4, 2011,dat overeenkomt met het in het EAB en Form A vermelde feit ‘rijden onder invloed van alcohol’. In het onderliggende
vonnis b.is de opgeëiste persoon veroordeeld “
for the offence of the Art. 279 § 1 of the Penal Code committed a night from January 5/6, 2012”. Dit komt overeen met het in het EAB en Form A vermelde feit ‘diefstal met braak’. Het verzamelvonnis ziet ten slotte niet op enig nieuw feit, dan wel feiten, maar alleen op de samengestelde straf.
6.Artikel 11 OLW
European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment(CPT) uit 2018 en 2020. De raadsman heeft geconcludeerd dat er sprake is van een algemeen gevaar op een schending van artikel 47 Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (Handvest) , dat tevens een individueel gevaar is omdat het systemisch is volgens de CPT. Daarnaast heeft de opgeëiste persoon geen eerlijk proces gehad in Polen. Hij beschikte niet over een advocaat en er is het nodige misgegaan met onder meer de oproepingen voor de zittingen.
police custody’ zitten dan wel op ‘
remand prisoners’ die in een Huis van Bewaring verblijven. Het rapport ziet niet op gedetineerden die al zijn veroordeeld.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the District Court in Wrocław(Polen) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.