Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
Teams Strafrecht
Rechtbank Amsterdam
In deze beschikking van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 15 november 2022, is het klaagschrift van klaagster, tevens beslagene, ongegrond verklaard. Het klaagschrift was gericht tegen het conservatoire beslag dat door het Openbaar Ministerie (OM) was gelegd op een vordering van klaagster ter waarde van EUR 2.422.816. Klaagster stelde dat er geen sprake was van handelen met voorwetenschap en dat het beslag moest worden opgeheven. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beslag was gegrond op een schriftelijke machtiging van de rechter-commissaris en dat er nog steeds een redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit bestond. De rechtbank heeft de argumenten van klaagster, waaronder de stelling dat het beslag disproportioneel was en dat het bedrijf in financiële problemen verkeerde, niet overtuigend geacht. De rechtbank oordeelde dat het OM voldoende redenen had om het beslag te handhaven en dat er geen grond was voor opheffing van het beslag. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad.