ECLI:NL:RBAMS:2022:5902

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
21 september 2022
Publicatiedatum
14 oktober 2022
Zaaknummer
13/290990-20
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussentijdse toetsing van de ISD-maatregel en voortzetting van de tenuitvoerlegging

Op 21 september 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussentijdse toetsing uitgevoerd van de ISD-maatregel die op 14 mei 2021 aan de veroordeelde was opgelegd. De maatregel, die voor de duur van twee jaar was opgelegd, is bedoeld voor stelselmatige daders en heeft als doel de maatschappij te beschermen en recidive te voorkomen. De veroordeelde, geboren in 1981, verblijft sinds 18 juni 2021 in de ISD en heeft verschillende behandelingen ondergaan. Na een periode van behandeling bij FVK Antes, waar bleek dat deze niet geschikt was, is hij op 23 juni 2022 geplaatst bij FPK [naam FPK] in Eindhoven. Hier heeft hij vooruitgang geboekt, maar zijn ongeduld en externe motivatie voor behandeling leidden tot een terugplaatsing naar een andere instelling na een incident van verbale agressie.

Tijdens de openbare zitting op 21 september 2022 zijn de officier van justitie, de raadsman van de veroordeelde en een deskundige gehoord. De deskundige bevestigde dat de veroordeelde inmiddels weer bij FPK [naam FPK] is geplaatst en dat zijn behandeling is hervat. De rechtbank concludeert dat, hoewel de veroordeelde de juiste behandeling ontvangt, het recidivegevaar nog steeds aanwezig is. De rechtbank oordeelt dat de ISD-maatregel moet worden voortgezet om de maatschappij te beschermen en het recidivegevaar verder te reduceren. De beslissing om de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel voort te zetten is genomen op basis van de huidige situatie en de vooruitgang die de veroordeelde heeft geboekt in zijn behandeling.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht

Parketnummer: 13/290990-20 (tussentijdse toetsing ISD-maatregel)

Uitspraakdatum: 21 september 2022
Deze rechtbank heeft op 14 mei 2021 de maatregel tot plaatsing in een instelling voor stelselmatige daders (hierna: ISD-maatregel) voor de duur van twee jaren opgelegd aan:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedag] 1981 te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ),
ingeschreven en verblijvende op het adres [adres] in
[plaats] , in de Forensisch Psychiatrische Kliniek (hierna: FPK) “ [naam FPK]
” te [plaats] .

Procesgang

De rechtbank heeft kennis genomen van de stukken in de zaak met bovenvermeld parketnummer, waaronder:
  • het vonnis van deze rechtbank van 14 mei 2021;
  • het verzoek ex artikel 6:6:14 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering van de veroordeelde en zijn raadsman mr. N.D. de Fluiter van 9 mei 2022 om een tussentijdse toetsing van de ISD-maatregel
  • een uittreksel Justitiële Documentatie betreffende veroordeelde van 1 juni 2022;
  • de stand van uitvoering van het verblijfsplan van 14 juli 2022.
Nadat de rechtbank de officier van justitie en veroordeelde en zijn raadsman op de zitting van 14 juli 2022 heeft gehoord, heeft zij het onderzoek ter terechtzitting geschorst om te bezien of een behandeling bij [naam FPK] van de grond zou komen.
Vervolgens heeft de rechtbank de volgende stukken ontvangen:
  • het behandelverslag van [naam FPK] van 12 september 2022;
  • het verslag tussentijdse toetsing ISD van de [naam instelling] van 14 september 2022, opgesteld door [Naam casemanager] , senior-casemanager.
De rechtbank heeft op 21 september 2022 de officier van justitie mr. S. Kurniawan-Ayre, de raadsman van veroordeelde mr. N.D. de Fluiter, advocaat te Amsterdam, alsmede telefonisch de deskundige mw. [Naam casemanager] , op de openbare terechtzitting gehoord.
Veroordeelde was niet aanwezig. Hij heeft op voorhand schriftelijk afstand gedaan van het recht ter terechtzitting aanwezig te zijn. Deze verklaring is in het dossier gevoegd.
Beoordeling
Verloop van het ISD-traject
Uit voornoemd Verslag tussentijdse toetsing blijkt onder meer het volgende.
Veroordeelde verblijft sinds 18 juni 2021 in de ISD. Hij toonde zelfinzicht en wilde hulp bij zijn drugsverslaving. In dat kader is veroordeelde geplaatst bij FVK Antes voor een klinische behandeling. Achteraf bleek deze instantie voor veroordeelde niet geschikt vanwege de aanwezigheid van persoonlijkheidsproblematiek. Vervolgens is veroordeelde op 23 juni 2022 geplaatst bij FPK [naam FPK] in Eindhoven, op een afdeling waar behandeling zich zowel richt op zijn persoonlijkheids- als verslavingsproblematiek. De behandeling verliep goed en veroordeelde boekte vooruitgang. Daarop is besloten veroordeelde aan te melden voor de afdeling [naam woonprofiel] , waar een woonprofiel en een verlofplan voor hem zouden worden opgezet. Veroordeelde was echter ongeduldig en leek vooral extern gemotiveerd voor behandeling. Hij wilde dat er huisvesting voor hem zou worden geregeld en wilde zo snel mogelijk met verlof. Als gevolg van een incident waarbij veroordeelde zich verbaal agressief tegen het personeel gedroeg, werd hij begin september tijdelijk teruggeplaatst naar [naam instelling]. Geconcludeerd wordt dat veroordeelde sinds twee maanden de gewenste en geïndiceerde behandeling ontvangt en dat op dit moment het recidivegevaar onvoldoende is geweken. Daarom wordt geadviseerd de ISD-maatregel voort te zetten.
De deskundige, [Naam casemanager] , heeft dit advies telefonisch op de openbare terechtzitting van 21 september 2022 bevestigd en daar waar nodig aangevuld. De deskundige heeft verklaard dat veroordeelde na een evaluatiegesprek inmiddels is teruggeplaatst bij [naam FPK] en dat zijn behandeling is hervat. De komende weken zullen zijn gericht op het voeren van herstelgesprekken met het personeel en het afronden van zijn huiswerkopdrachten. Als dit goed verloopt kan hij alsnog worden overgeplaatst naar de volgende behandelfase bij [naam woonprofiel] . Het is belangrijk dat de behandeling wordt voortgezet en veroordeelde lijkt ook weer intrinsiek gemotiveerd hieraan deel te nemen. De ISD loopt tot medio juni 2023. Verwacht wordt dat in de resterende maanden van de ISD-maatregel successen kunnen worden geboekt waardoor het recidiverisico zal afnemen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de ISD-maatregel moet worden voortgezet en zich voor het overige gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot voortzetting van de ISD-maatregel, nu het recidivegevaar nog onverkort aanwezig is.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank dient in het kader van de onderhavige procedure te beoordelen of voortzetting van de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel noodzakelijk is. In artikel 38m lid 2 Sr is bepaald dat de ISD-maatregel strekt tot beveiliging van de maatschappij en beëindiging van de recidive van verdachte.
Op grond van de hierboven genoemde stukken en het verhandelde op de openbare terechtzitting stelt de rechtbank vast dat veroordeelde sinds een paar maanden de juiste behandeling ontvangt voor zijn verslavings- en persoonlijkheidsproblematiek. Daarmee is het gevaar voor recidive echter nog niet geweken en dient de maatschappij dus nog tegen het overlastgevende gedrag van veroordeelde te worden beschermd. De resterende periode van de ISD-maatregel kan benut worden om het recidivegevaar verder terug te dringen. Er ligt bij [naam FPK] nu een concreet behandelplan, er wordt een positieve gedragsverandering waargenomen en veroordeelde is intrinsiek gemotiveerd de behandeling te voltooien. De rechtbank acht het van belang dat deze behandeling wordt voortgezet.
Daarom wordt als volgt beslist.
Gezien artikel 6:6:14 van het Wetboek van Strafvordering.

Beslissing

De rechtbank bepaalt dat de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel wordt
voortgezet.
Deze beslissing is gegeven door
mr. A.R. Vlierhuis, voorzitter,
mrs. J. Thomas en E. Akkermans, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. I. van Heusden, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 september 2022.