Op 21 september 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussentijdse toetsing uitgevoerd van de ISD-maatregel die op 3 september 2021 aan de veroordeelde is opgelegd. De veroordeelde, geboren in 1984 en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, verblijft momenteel in de Penitentiaire Inrichting. De rechtbank heeft de officier van justitie, de veroordeelde en zijn raadsman gehoord, evenals een deskundige via videoverbinding. De veroordeelde is door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) tot ongewenst vreemdeling verklaard en wenst terug te keren naar zijn geboorteland. Tijdens het ISD-traject heeft hij doelen gesteld, zoals het leren van de Engelse taal en het behalen van een VCA-certificaat, maar deze zijn nog niet gerealiseerd. De deskundige heeft bevestigd dat de veroordeelde niet heeft meegewerkt aan interventies voor zijn alcoholproblematiek en dat er nog geen concreet stappenplan voor zijn terugkeer is. De officier van justitie pleit voor voortzetting van de ISD-maatregel vanwege het recidiverisico, terwijl de raadsman pleit voor beëindiging, omdat de veroordeelde meewerkt aan zijn terugkeer. De rechtbank oordeelt dat de ISD-maatregel moet worden voortgezet, gezien het recidivegevaar en de noodzaak om andere EU-lidstaten te beschermen tegen de overlastgevende gedragingen van de veroordeelde. De beslissing om de ISD-maatregel voort te zetten is genomen op basis van artikel 38m van het Wetboek van Strafrecht.