ECLI:NL:RBAMS:2022:5174

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
25 augustus 2022
Publicatiedatum
5 september 2022
Zaaknummer
9886976 EA VERZ 22-310
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet wegens ongepast gedrag en seksuele intimidatie binnen een organisatie

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 25 augustus 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker] en Accenture B.V. [verzoeker] verzocht om een billijke vergoeding van € 650.000,00 bruto, als gevolg van zijn ontslag op staande voet door Accenture. Accenture had hem op 18 maart 2022 ontslagen na beschuldigingen van ongepast gedrag en seksuele intimidatie, die zich zouden hebben voorgedaan tijdens een bedrijfsuitje op 24 februari 2022. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was, omdat de gedragingen van [verzoeker] niet zodanig ernstig waren dat van Accenture redelijkerwijs niet kon worden gevergd de arbeidsovereenkomst voort te zetten. De rechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldigingen en dat het onderzoek door Accenture gebrekkig was uitgevoerd. [verzoeker] had weliswaar onhandige opmerkingen gemaakt en een collega aangeraakt, maar dit voldeed niet aan de criteria voor ontslag op staande voet. De kantonrechter heeft Accenture veroordeeld tot betaling van een transitievergoeding van € 27.497,77 bruto en een vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 25.253,06 bruto, met wettelijke rente. De proceskosten zijn voor rekening van Accenture, omdat zij overwegend in het ongelijk werd gesteld.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9886976 EA VERZ 22-310
beschikking van: 25 augustus 2022
func.: 33494

beschikking van de kantonrechter

I n z a k e

[verzoeker]

wonende te [woonplaats]
verzoeker
nader te noemen: [verzoeker]
gemachtigde: mr. R.P.E. Halfens en mr. R.R. Surquin
t e g e n

Accenture B.V.

gevestigd te Amsterdam
verweerster
nader te noemen: Accenture
gemachtigde: mr. Chr.F. Kroes en mr. C.A. Ozinga

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

[verzoeker] heeft een verzoek gedaan om wegens de opzegging van de arbeidsovereenkomst door
Accenture ten laste van Accenture een billijke vergoeding toe te kennen. Daarnaast heeft [verzoeker] verzocht om Accenture te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding te betalen.
Accenture heeft een verweerschrift ingediend.
Op 6 juli 2022 is de zaak mondeling behandeld. [verzoeker] is in persoon verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigden. Accenture is verschenen bij mw. [naam 1] , [functie] , eveneens bijgestaan door haar gemachtigden. Voorafgaand aan de zitting heeft [verzoeker] nog aanvullende stukken ingediend.
Partijen hebben hun standpunten toegelicht, mede aan de hand van een pleitnota, en vragen van de kantonrechter beantwoord.
Vervolgens is beschikking bepaald op heden.
Feiten
1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staat het volgende vast.
1.1.
[verzoeker] , geboren [geboortedatum] 1978, is op 1 september 2017 in dienst getreden bij Accenture. Hij was laatstelijk werkzaam in de functie van Managing Director, tegen een maandsalaris van € 15.195,30 bruto, exclusief emolumenten, waaronder vakantiegeld en een benefits budget van € 1.266,22 per maand.
1.2.
Op de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] is de Bedrijfscode (Code of Business Ethics) van toepassing. Daaruit volgt dat respectloos gedrag of intimidatie niet wordt getolereerd.
1.3.
Naast de Bedrijfscode geldt ook de “Speaking Up and Zero Tolerance for Retaliation” Policy. Accenture moedigt daarin haar medewerkers aan om melding te maken van overtredingen van de wet of de Bedrijfscode. Deze melding kan worden gedaan via de door Accenture aangewezen kanalen.
1.4.
Op 28 februari 2022 heeft Accenture via het interne systeem een klacht ontvangen van een werkneemster van Accenture. Deze werkneemster is in de procedure anoniem gebleven en wordt daarom ‘Melder 1’ genoemd. Van de klacht, die ziet op gedrag van donderdag 24 februari 2022 omstreeks 23.00 uur, is een schriftelijk verslag gemaakt. Daarin staat, voor zover relevant, het volgende:
Primary issue:Respecting the Individual : Sexual Harassment : Unwelcome touching, clearly of a sexual natureSummary:RP alleges that subject sexually harassed an employee by touching their rear.(…)
Details:On February 24, 2022, at 11 PM, [verzoeker] sexually harassed one employee (name and job title unknow). The employee has reported the issue to [naam 2] . [naam 3] knows about the situation; however, he does not know the identity of the employee. [verzoeker] has sexually touched the employee on the employee’s rear. There is a witness (name and job title withheld) to the situation. The employee did not feel in danger working around [verzoeker] again; however, the employee did not feel comfortable working with [verzoeker] anymore. (…)Reporter Additional Information:(…)To add: He also asked me to go on a dinner with him, where we won’t be discussion business, but other things, while he was touching me.
1.5.
Bij Accenture is binnen Europa een centrale onderzoeksafdeling. Naar aanleiding van een melding als hiervoor genoemd, wordt door deze afdeling onderzoek gedaan. Dat onderzoek gebeurt middels online interviews. Deze afdeling heeft geen verbintenis met een land in Europa. Het advies wordt gegeven aan de moeder organisatie.
1.6.
De centrale onderzoeksafdeling heeft naar aanleiding van de melding van ‘Melder 1’onderzoek gedaan. Dat heeft geresulteerd in (totaal) 2 meldingen, namelijk die van Melder 1 en één van Melder 2, en per melding 2 getuigen. Getuige 1 en Getuige 2 hebben verklaard over Melding 1, getuige 3 en 4 over Melding 2. Met deze personen zijn interviews afgenomen, waarvan notulen zijn gemaakt. Deze notulen, niet zijnde een transcript van de gesprekken, zijn door de onderzoeksafdeling opgemaakt. Deze zijn niet door de Melders of Getuigen ondertekend. In de notulen van de interviews met deze anoniem gebleven personen staat, voor zover relevant, het volgende:
Melder 1:- Subject was most senior person there.(…)- Melder 1 had alcohol through the evening, but she did not recall how many drinks, she had wine. There was not much food – shad had 2 bitterballen (tapas) which is not much.- Subject had alcohol too. She does not know how many drinks but at a certain point he bought a bottle of coffee liquor and started offering shots to other, including Melder 1.She cannot say if he was drunk.- Everyone was having conversations in a group and all of a sudden, she was talking to him. She cannot recall who approached whom. They were standing next to each other. Not sure what they were discussing, something about supply chains she was trying to get to know him, he asked what she was doing.- Then he started getting a bit touchy and the conversation became a bit weird, he said she had a really nice facial expression.- He was touching/caressing her back throughout the evening. She felt uncomfortable – she would have been sharper if she was going out socially but was not expecting this with colleagues.- He then asked her to go for dinner with him and said, “we won’t be discussing business, but other things” and it was during this conversation that he grabbed her bottom with a full-hand. She was upset at this point in this interview. She was not sure if the dinner proposal was before or after he did this. He also asked for her phone number around this time and she gave it to him.- She was super-shocked. She is not sure of her reply but went with the flow a bit. She wished she had responded differently but she didn’t know what to say, she wasn’t strong enough in the moment, it was shocking and overwhelming.- Her collague, Getuige 1, saw the shocked expression on her face and asked her what was wrong(…).- Getuige 1 did not see Subject touch her bottom as he was standing in front of her.- She is not sure how long it took but she moved away from Subject and told Getuige 1 what was going on. He was also shocked and paralysed. They did not respond or do anything in the moment.- Another colleague, Getuige 2, a manager within [department], was also there talking to Getuige 1 and heard her telling Getuige 1 what had happened. Getuige 2 is leaving Accenture, his last day is maybe today.(…)- Afterward, they they continued to have drinks, she did not understand it to be really wrong because she was still in shock and paralysed – so she was not trying to avoid him. She still spoke to him and he touched her back again but not her bottom(…).Getuige 1:When referring to Melder 1, Getuige 1 explained that “She’s quite junior and didn’t tell all details”
but Getuige 1 confirmed that he did see something. (…)Getuige 1 explained that at one point, Melder 1 looked at him “with a little fear in her eyes”
and then looked at him in the same way for a second thme. Getuige 1 explained that he moved a little closer to Melder 1 and he saw that “[verzoeker] had his hand on her back…between her back and bottom”.
(…) and stated that “it’s not basically where you would put your hand on a colleague”.
(…).
Getuige 1 added that [verzoeker] may have asked Melder 1 “to go to a meeting with him, but not to talk about work” –
Getuige 1 thinks that it was along the lines of going to get a bite to eat. Getuige 1 explained that he did not hear this himself, but this is what Melder 1 had told him.(…)- Getuige 1 stated that de day after the incident, he and Getuige 2 had an hour-long call with Melder 1 where Getuige 2 outlined that the incident was not in line with ACN’s values and that he hoped that Melder 1 would pursue via a formal route.(…)Afther the interview, getuige 2 provided the name of melder 2) as someone else who is rumoured to have experienced similar behaviour from [verzoeker] ..Getuige 2:(…)
Asked if he had witnessed a sexual harassment incident that evening, Getuige 2 said that he did not see the incident itself, but what he had noticed was the response of Melder 1 after it. She went to Getuige 1 first and then to Getuige 2 and told him that Subject was talking and complimenting with her (e.g. she was looking nice) and that he touched her back, not sure until how low. Getuige 2 thinks Melder 1 said that Subject had touched het bottom as well. Melder 1 was not happy for sure. This occurred a few moments after Subject left.
(…)Melder 2:
(…)- When asked if she had experienced any kind of sexual harassment from Subject, she said yes but she was still deciding if she wanted to report it or not. (…)-
An evening (it was or August 14th or Sept 18th 2020) they had an after work drink with other colleagues from the strategy practice. (…)-At a certain point Melder 2 was sitting at a table with other MDs but there were people leaving and she seated next to Subject. He started discussing about not work-related things and told her “I wish you were older and have a relationship with you
”. Melder 2 doesn’t remember exactly what else he said, but he became touchy and physical and start putting his hand on her leg and his arm around her and down to her waste. She had to slap him off her leg. He did that in a very inappropriate way. She did not feel safe. He was not taking a “no” as an answer and he was just repeating it.(…)-He did the same and was still touchy with Melder 2 on the way to the restaurant, on the public transport and until they reached the restaurant.-He had difficulties in restraining himself and Melder 2 believes he was drunk, or at least he was drinking a lot during all the evening: he was still touchy, and she had to ask him to stoop 10 or 20 times through all the evening.- When he stopped with her, he did something similar with other 2 junior colleagues (Getuige 3 and Getuige 4) before he finally left.- Everybody was shocked and Melder 2 was shaken because she trusted Subject. About the other 2 female colleagues, one was new, and she was completely like “we cannot accept this
”. Melder 2 was so angry and she wanted to come forward but the other two were not sure did not want to.- The week after Subject went to the office and he was normal, he claimed no to know how bad he was that night, and he was acting like he could not remember. But Melder 2 reminded him what’s happened, and he apologized. They had a discussion, but he was like begging Melder 2 no to go forward and talk about this, he said “do you know what’s going to happen with my career? It will be finished”. Melder 2 stopped and did not report it. She was an [position], and he is an MD.- [verzoeker] knows that Subject called everyone afterwards to say sorry, as they have discussed about this. (…)Getuige 3:-(…) When Getuige 3 said that she was looking forward to her burger, Subject said to her“I’m looking forward to having you instead”.
He did not touch her, nor was he too close. (…)(…) When in call with Getuige 3, Subject said he did not recall what’s happened and said sorry and that it was out of line. (…)-Getuige 3 called the Subject, explained to him what’s happened , and said to him that she did not like the comment. Getuige 3 accepted his apologize but said to him you need to work on this and avoid this happening again. For her was ok like that, she considered it closed. (…)-Getuige 3 did not see Subject touching Melder 2 nor Getuige 4 at the [naam bar] nor at the restaurant, but she has felt a weird atmosphere.(…) Melder 2 said that Subject touched her that evening (her back and waist).
-Getuige 3 is not sure if Melder 2 mentioned that Subject touched her leg but for sure she said that he was touchy.Getuige 4:-(…) While standing at the burger bar, Getuige 4 asked Subject if he would like something to drink (a beer) and he said to her “I would rather like to have you”. Subject did not touch her, but she was shocked by the comment and did not reply – she laughed it away. (…)- Getuige 4 did not hear Subject saying to Getuige 3, after she said she wanted her hamburger, “I’m looking forward to having you instead”.
But Getuige 3 has confirmed to Getuige 4 that this happened a minute later, the same evening, Getuige 4 was standing behind Getuige 3 when that happened.(…)- She does not know of any other similar incidents involving Subject, but said his reputation is like this.
1.7.
Op 16 en 17 maart 2022 heeft een interview met [verzoeker] ( [verzoeker] ) plaatsgevonden. [verzoeker] heeft aangevoerd dat hetgeen hij heeft gezegd niet (geheel) juist is weergegeven. Blijkens het verslag heeft hij, voor zover relevant, het volgende verklaard:
September 2020- He did not know the exact details of what he said but recalls it being along the lines of, “I wish you were older and could have a relationship with you”.(…)- He knew it was wrong and felt extremely ashamed.- When he has personal issues, he tends to drink too much and do stupid things.- He tried to apologies to her many times to the best of his ability but in a way that would not put too much pressure on her.(…)- [verzoeker] could not recall being physical the same evening with Melder 2 nor putting his hand on her leg or arm around her down to her waist – (…).- [verzoeker] definitely could not recall Melder 2 having to slap him off her leg and him not taking “no” for an answer –
(…).- [verzoeker] could not recall going to [naam restaurant] burger bar at all nor being touchy with Melder 2 on the way there. He just has some minor flashbacks.(…)
- [verzoeker] recalled discussing the incident with Melder 2 a week afterwards. He did not think he asked her not to report it or his career would be finished, he does not think he used those words.But he did apologize. He thinks he said, “I hope you forgive this; I hope it does not escalate, it would have a huge impact personally (…) he also said to her I understand if you want to report it, it is your right, but it can have an impact on my career.
(…)Incident within the last month:
(…)- [verzoeker] was asked if he recalled asking for the female’s phone number and asking her out for dinner. [verzoeker] responded that he already had the phone numbers of the people he was with.(…)- [verzoeker] did not recall touching a junior female colleague.- He said that sometimes with those episodes, he forgets parts of the evening. The key thing for him is not to do those things anymore. He has no single excuse for this an had been reaching out for help on how to deal with personal issues.(…)
- He explained that his ex-wife wants to take his two children tot Egypt even though he does not agree.
(…)
-The combination of medicines and alcohol brings him to a state where he does unacceptable things.(…)-More things happened, e.g., when he was travelling for work, she started to break things at home, such as the security camera. She started to be very nasty against his parents shouting at them, making lots of fuss in the street. He ended up spending nights in the car. All of these things became too much for him. He found out that she was doing things to his food that were not right. These days he has to knock on his front door to get into his home.- His previous ex-wife also want to take his kids to Egypt and he does not want that. All of these things came together and it has been a very tough time for him in the last 2 years and especially in the 3-4 months.(…)
1.8.
Op 18 maart 2022 is [verzoeker] op staande voet ontslagen door Accenture. Het ontslag is op die dag ook schriftelijk bevestigd. In deze bevestiging staan, voor zover relevant, de volgende verwijten, die volgens Accenture alleen of in onderlinge samenhang een dringende reden opleveren:
24 February 20221. during drinks at [naam bar] , organized among colleagues, on 24 February 2022 you have put a female colleague at a more junior level in an uncomfortable and difficult position;2. that evening, you made the comment that the female colleague has a really nice facial expression;3. that evening, you have asked the female colleague her phone number outside of a business context;4. that evening, you have touched/caressed the female colleague several times on her back, which has been witnessed by another colleague;5. that evening, you have grabbed the bottom of the female colleague;6. that evening, you asked the female colleague out for a private dinner where you would “not be discussing business, but other things”
;7. the influence of your behavior has been witnessed by other colleagues;September 20208. at least three other more junior female colleagues (referred to as “colleague 1”, “colleague 2”and colleague 3” have experienced similar behavior from you at an evening event on September 2020, taking place at [naam bar] and/or thereafter on your way to and/or at the burger restaurant [naam restaurant] .9. that evening, you have put colleague 1, to whom you were supposed to be a professional mentor to, in an uncomfortable and difficult position, even after having been requested to stop several times;10. that evening you told colleague 1 “I wish you were older and that I could have a relationship with you”,
which you have admitted;11. that evening you have put your hand on the leg of colleague 1, and your arm around her and down to her waist and you have not topped; not taking “no
” for an answer.12. that evening, you were repeatedly physical towards colleague 1;13. one week later, when you apologized to colleague 1, you said to her something along these lines: “do you know what’s going to happen with my career? It will be finished”,
which has put pressure on colleague 1 and which influenced colleague 1’s decision not to report the incident at that time;14. when in a conversation with colleague 1 in November 2021 talking about the incident you commented to her something along these lines: “we are both responsible for what’s happened, it wasn’t just me”,
which is not only untrue but also made her again feel even more uncomfortable;15. that evening (September 2020), in response to colleague 2 mentioning that she was looking forward to her burger, you responded “I’m looking forward to having you instead”; (
Dutch translation“Ik heb zin in jou.”)
16. that evening (September 2020) , in response to colleague 3, who joint Accenture only that month, asking if you would like something to drink, you responded “I would rather like to have you”;
(Dutch translation “Ik heb zin in jou.”)
In general17. you have misused your senior position towards more junior female colleagues from the same business area (Strategy & Consulting); and18. you have acted in violation of the Accenture Policies, from which follows that Accenture has zero tolerance for disrespectful behavior or harassment of any kind.
1.9.
Per (uitgebreid) emailbericht heeft van 8 april 2022 heeft [verzoeker] bezwaar gemaakt tegen zijn ontslag op staande voet en verzocht om hem onmiddellijk weer in zijn functie te herstellen. Partijen hebben vervolgens meermaals over en weer contact gehad per e-mail, maar hebben geen regeling in der minne kunnen bereiken.
1.10.
[verzoeker] heeft voorafgaand aan de zitting nog een drietal verklaringen van getuigen in het geding gebracht die tevens op de avond van 24 februari 2022 (soms voor een deel) aanwezig waren, Hun verklaringen komen er, kort samengevat, op neer dat zij geen feiten en omstandigheden hebben waargenomen die Accenture [verzoeker] verwijt.

Verzoek

2. [verzoeker] verzoekt om hem op grond van artikel 7:681 lid 1 BW ten laste van Accenture een billijke vergoeding toe te kennen van € 650.000,00 bruto. Dat bedrag bestaat uit het verlies van zijn baan waar hij nog minimaal 15 jaar zou hebben kunnen gewerkt, het mislopen van een aandelenpakket als hij eind 2024 nog in dienst zou zijn ter waarde van € 335.000,00, zijn verminderde kansen op de arbeidsmarkt en het verwijtbare handelen van Accenture.
3. [verzoeker] stelt daartoe dat geen sprake is van een dringende reden, en dat het ontslag op staande voet niet onverwijld is gegeven. Het ontslag op staande voet heeft plaatsgevonden op 18 maart 2022 terwijl de vermeende feiten waarop Accenture zich baseert dateren van september 2020 en 24 februari 2022. De melding daaromtrent dateert van 28 februari 2022, en Accenture voert weliswaar aan dat zij onderzoek heeft gedaan, maar onduidelijk is wat dit onderzoek behelst en [verzoeker] heeft gedurende het onderzoek ook gewoon gewerkt.
4. Voor wat betreft de dringende reden geldt dat [verzoeker] enkel onhandige opmerkingen heeft gemaakt en de arm en/of rug van één van de melders heeft aangeraakt. [verzoeker] erkent op 24 februari 2022 een collega een compliment te hebben gegeven over haar gezichtsuitdrukking, en vervolgens de arm en/of rug van zijn collega te hebben aangeraakt. [verzoeker] ontkent stellig dat hij de hele avond een collega over de rug zou hebben geaaid, en ook dat hij het achterwerk van een collega heeft aangeraakt. Hij erkent verder in september 2020 tegen één van de collega’s te hebben gezegd dat als zij 10 jaar ouder was geweest, hij juist op haar type zou vallen, maar deze opmerking had juist de bedoeling haar op haar gemak te stellen; zij voelde zich niet serieus genomen in de groep vanwege haar manier van praten en gedrag. [verzoeker] heeft zijn excuses gemaakt voor die opmerkingen toen deze collega later aangaf dat ze de grappen niet oké vond, en deze excuses zijn aanvaard. [verzoeker] heeft geen druk uitgeoefend op haar om geen melding te doen. Enkel deze onhandige opmerkingen en de aanraking kwalificeert niet als grensoverschrijdend gedrag of seksuele intimidatie. Een ontslag op staande voet is in dit geval disproportioneel, en de bedrijfscode en policies bieden de ruimte te kiezen voor een mildere maatregel (zoals een waarschuwing en zo nodig schorsing en eventueel een verplicht ‘coaching or counselling’. [verzoeker] heeft ook aangegeven behoefte te hebben aan zo’n traject.
5. Het besluit is bovendien tot stand gekomen op basis van gebrekkig onderzoek, met onder meer anoniem gebleven getuigen en niet door hen getekende verklaringen. [verzoeker] zelf is enkel voor de formaliteit gehoord. [verzoeker] heeft voorgesteld om ook andere aanwezigen en collega’s bij het onderzoek te betrekken en navraag te doen over zijn persoonlijke omstandigheden bij zijn manager. Accenture heeft dat niet gedaan en alleen collega’s gehoord die de verwijten bevestigen.
6. [verzoeker] heeft naast het verzoek om een billijke vergoeding ook een verzoek gedaan om Accenture te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding te betalen. Volgens [verzoeker] is Accenture op grond van artikel 7:672 lid 11 BW een vergoeding wegens onregelmatige opzegging verschuldigd, gelijk aan het bedrag aan loon over de opzegtermijn, te weten € 25.253,06 bruto. [verzoeker] stelt verder dat Accenture op grond van artikel 7:673 lid 1 BW een transitievergoeding verschuldigd is van € 27.497,77 bruto, aangezien van ernstig verwijtbaar handelen geen sprake is.

Verweer

7. Accenture verweert zich tegen het verzoek en voert – samengevat – aan dat de verzoeken van [verzoeker] moeten worden afgewezen omdat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven. Er is sprake van een dringende reden en het ontslag is onverwijld gegeven. Accenture mocht enige tijd nemen voor het onderzoek maar is daarbij voortvarend tewerk gegaan. Omdat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is, komt [verzoeker] geen billijke vergoeding of gefixeerde schadevergoeding toe.
8. Of bepaald gedrag respectloos of intimiderend is, hangt er vanaf hoe het gedrag wordt ervaren door een ander, niet of het gedrag zo bedoeld is. Meegewogen bij de beoordeling of sprake is van een ontslag op staande voet is de functie en senioriteit van [verzoeker] , het feit dat hij zich opwierp als mentor en misbruik maakte van zijn senioriteit, dat er sprake is van recidive en de ernst van de gedragingen. Daar tegenover leggen de persoonlijke omstandigheden van [verzoeker] evenals zijn goede functioneren onvoldoende gewicht in de schaal. Met zijn handelen heeft hij een onveilige werkomgeving gecreëerd. Accenture heeft de morele en wettelijke verplichting om zorg te dragen voor een veilige werkomgeving en om ongepast gedrag te bestrijden. Het was voor Accenture dan ook niet mogelijk de arbeidsovereenkomst langer in stand te houden.
9. Het onderzoek is gedegen en zorgvuldig geweest en er is hoor en wederhoor toegepast. Melder 1, Getuige 1 en Getuige 2 werkten mee op voorwaarde van anonimiteit en ook Melder 2 was bezorgd over de reactie van [verzoeker] . Accenture heef besloten ten aanzien van Getuige 3 en 3 dezelfde gedragslijn te volgen. [verzoeker] is daardoor niet in zijn belangen geschaad want hij heeft driemaal de gelegenheid gekregen zijn kant van de zaak toe te lichten. De verklaringen die [verzoeker] heeft ingebracht zijn bovendien ook anoniem. Die getuigenverklaringen doen echter niet ter zake.
10. Voor zover wel een billijke vergoeding zal worden toegewezen, dient de hoogte te worden gematigd dan wel op nihil vastgesteld. Een deugdelijke onderbouwing van het verzochte bedrag ontbreekt, en [verzoeker] laat buiten beschouwing dat als de uitkomst van het onderzoek niet zo ernstig was geweest dat hij op staande voet ontslagen was, er ontbinding zou zijn gevraagd wegens verwijtbaar handelen. De arbeidsovereenkomst had dan ook nog slechts korte tijd voortgeduurd. Voorts is de waarde van de non-vested shares hypothetisch en afhankelijk van toekomstige variabelen, en niet concreet vast te stellen. De arbeidsmarkt is voorts zo krap dat het onwaarschijnlijk is dat [verzoeker] niet op korte termijn een vergelijkbare baan met vergelijkbaar salaris zal vinden.
11. Ook de transitievergoeding dient te worden afgewezen omdat het handelen van [verzoeker] ook ernstig verwijtbaar is. Voorts is het niet toekennen van de transitievergoeding evenmin onaanvaardbaar naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid. [verzoeker] noemt ook geen specifieke omstandigheden om dat te onderbouwen.

Beoordeling

12. [verzoeker] heeft zich neergelegd bij het eindigen van de arbeidsovereenkomst. Hij stelt zich echter op het standpunt dat niet rechtsgeldig is opgezegd. Het gaat in deze zaak dan ook om de vraag of aan hem een billijke vergoeding, een vergoeding van wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding moet worden toegekend. Daarbij moet met name worden beoordeeld of [verzoeker] al dan niet terecht op staande voet is ontslagen.

Ontslag op staande voet

13. Voor een rechtsgeldig ontslag op staande voet moet sprake zijn van een onverwijlde opzegging wegens een dringende reden en die reden moet onverwijld aan de werknemer zijn medegedeeld. Volgens artikel 7:678 lid 1 BW worden voor de werkgever als dringende redenen voor een ontslag op staande voet beschouwd zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijze niet kan gevergd worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. In artikel 7:678 lid 2, onderdeel k, BW is bepaald dat een dringende reden onder andere aanwezig kan zijn als de werknemer grovelijk de plichten veronachtzaamt, welke de arbeidsovereenkomst hem oplegt. Bij de beoordeling van de vraag of van een dringende reden sprake is, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen. Daarbij behoren in de eerste plaats te worden betrokken de aard en ernst van hetgeen de werkgever als dringende reden aanmerkt, en verder onder meer de aard en duur van de dienstbetrekking, de wijze waarop de werknemer deze heeft vervuld, alsmede de persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals zijn leeftijd en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor hem zou hebben.
13. De stelling van [verzoeker] dat het ontslag niet onverwijld is gegeven wordt verworpen. De aan Accenture op 24 februari 2022 gemelde omstandigheden waren van ernstige aard en daarbij past een zorgvuldig onderzoek. Daarmee is enige tijd gemoeid geweest. Nadat het onderzoek was afgerond heeft Accenture op 18 maart 2022 ontslag op staande voet aangezegd. In het licht van alle omstandigheden van de onderhavige zaak moet de ontslagaanzegging daarom als onverwijld worden aangemerkt.
13. Alvorens tot een afgewogen oordeel te kunnen komen is belangrijk te overzien welke gedragingen die [verzoeker] worden verweten vast zijn komen te staan. Ter zitting heeft [verzoeker] erkend dat hij op 24 februari 2022 een compliment aan Melder 1 heeft gegeven over haar gezichtsuitdrukking. Ook heeft [verzoeker] erkend dat hij vervolgens de arm en/of de rug van zijn collega heeft aangeraakt. Deze gedragingen staan dan ook vast. [verzoeker] betwist uitdrukkelijk dat hij Melder 1 de hele avond in een volle bar over haar rug heeft geaaid en dat hij aan haar achterwerk zou hebben gezeten. Nu enkel Melder 1 daarover heeft verklaard en Getuige 1 en 2 niet hebben waargenomen dat [verzoeker] aan het achterwerk van Melder 1 heeft gezeten, zijn deze feiten niet komen vast te staan. Uit de weergave van de verklaringen van Getuige 1 en 2 blijkt bovendien ook dat zij niets van het handelen van [verzoeker] zelf hebben waargenomen, anders dan de door [verzoeker] erkende hand op de rug. Zelfs uitgaande van deze anonieme verklaringen komt niet meer vast te staan dan wat door [verzoeker] is erkend.
13. Voor wat betreft het incident in september 2020 geldt dat vaststaat dat [verzoeker] een opmerking heeft gemaakt tegen Melder 2 dat hij op haar (type) had kunnen vallen als zij 10 jaar ouder was geweest. Voorts heeft [verzoeker] erkend dat hij iets in de trant van ‘ik heb meer zin in jou dan in mijn burger’ heeft gezegd. Hij heeft op een later moment zijn excuses gemaakt aan Melder 2. Pas nadat Getuige 2 tijdens het onderzoek de naam van Melder 2 heeft genoemd kwam dit incident aan het licht. Dat incident van september 2020 is evenwel uitgesproken en [verzoeker] heeft daarvoor excuses aangeboden.
13. De opmerkingen en de aanraking door [verzoeker] zijn gedragingen die allerminst gepast zijn tegenover een collega. Het incident van 24 februari 2022, de aanraking van Melder 1, is ernstig en hiervan, evenals van de opmerkingen in september 2020, kan hem een verwijt worden gemaakt, te meer nu [verzoeker] een senior functie heeft en zowel de Melders als de Getuigen zich in een afhankelijke positie bevonden. Hij had zich bewust moeten zijn van zijn positie ten opzichte van de (vrouwelijke) junior medewerkers, en had moeten voorkomen dat hij (al dan niet bewust) gebruik of misbruik zou maken van die positie. Dit rechtvaardigt echter geen ontslag op staande voet, en wel om het volgende.
13. Van het (flinke aantal) gedragingen dat [verzoeker] verweten wordt zijn er slechts enkele komen vast te staan doordat [verzoeker] deze heeft erkend. Dat geldt niet voor de andere dan de hiervoor genoemde handelingen. Daarbij komt dat er ernstige gebreken kleven aan het door Accenture uitgevoerde onderzoek. Van een onafhankelijk en extern uitgevoerd onderzoek is geen sprake geweest. De onderzoeksafdeling heeft enkel online interviews afgenomen en de daarvan gemaakte notities zijn als verklaringen in het geding gebracht. Deze notities zijn evenwel door geen van de melders of getuigen ondertekend en bovendien zijn zowel de melders als de getuigen anoniem gebleven. Verder blijkt niet dat er nog anderen zijn gevraagd naar wat zij de betreffende avonden hebben waargenomen, terwijl meer dan alleen de thans gepresenteerde melders en getuigen aanwezig waren. [verzoeker] heeft ook verzocht ook hen te bevragen, maar niet is gebleken dat contact met hen is gezocht en of hen is gevraagd naar wat zij al dan niet hebben waargenomen. Ondersteunend bewijs ontbreekt en de verklaringen zijn grotendeels gebaseerd op wat de getuigen van de melders hebben gehoord. De getuigen verklaren niet uit eigen waarneming van de verweten gedragingen.
13. Al het voorgaande maakt dat de door Accenture overgelegde notities c.q. verklaringen niet op juistheid en/of volledigheid zijn te controleren. Verder is van belang dat de online-gesprekken met de melders en de getuigen zijn uitgevoerd door een eigen onderzoeksafdeling van Accenture, waarbij onduidelijkheden zijn blijven bestaan over de onafhankelijkheid van de onderzoekers en de vraag of zij voor een dergelijk onderzoek zijn gekwalificeerd. Aan de door de onderzoekers gemaakte (notities van de) verklaringen komt dan ook beperkt waarde toe. Dat [verzoeker] wel een (sterk) vermoeden heeft om wie het bij de melders gaat doet daar niet aan af. Het is voor [verzoeker] onder de genoemde omstandigheden vrijwel onmogelijk om zich adequaat tegen de verwijten te verweren, zowel gedurende het onderzoek als ook in deze procedure. Daarmee is gehandeld in strijd met de beginselen van hoor en wederhoor en het recht van [verzoeker] zich te verdedigen. [verzoeker] heeft bovendien de geanonimiseerde notities niet eerder ter inzage gekregen dan in deze procedure.
13. Voorts heeft Accenture geen alternatieven voor een ontslag op staande voet overwogen, althans dat is niet kenbaar. Mede gelet op het voorgaande had het op de weg gelegen van Accenture om tenminste een minder verstrekkende maatregel te overwegen, zoals een officiële waarschuwing, schorsing, overplaatsing of desnoods een ontbindingsverzoek. Accenture heeft dat niet gedaan en direct gegrepen naar het ultimum remedium van ontslag op staande voet. Ook heeft zij niet kenbaar de persoonlijke omstandigheden van [verzoeker] meegewogen. Deze persoonlijke omstandigheden, zoals [verzoeker] zelf terecht opmerkt, zijn geen excuus, maar kleuren wel de persoonlijke situatie waarin [verzoeker] zich bevond en nog steeds bevindt, en die impact die dat op hem (en zijn gedrag) heeft. Voorts is relevant dat [verzoeker] inziet dat het door hem erkende gedrag niet door de beugel kan en heeft aangegeven daar hulp bij te willen (zoeken).
13. Al met al is de kantonrechter van oordeel dat geen sprake is van zodanige gedragingen van [verzoeker] dat van Accenture redelijkerwijze niet kon gevergd worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Dat betekent dat de opzegging niet rechtsgeldig is. Nu [verzoeker] berust in het einde van de arbeidsovereenkomst zal hierna aan de orde komen welke vergoedingen hem vanwege deze opzegging toekomen.

Vergoeding onregelmatige opzegging

22. Nu hiervoor is geoordeeld dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is komt aan [verzoeker] een vergoeding vanwege de onregelmatige opzegging, zoals bedoeld in artikel 7:672 lid 11 BW. De hoogte van die vergoeding is door Accenture niet betwist, zodat een bedrag van € 25.253,06 bruto, zijnde het loon over de periode van 18 maart 2022 tot en met 30 april 2022, zal worden toegewezen.

Transitievergoeding

23. Uitgangspunt is dat een transitievergoeding moet worden betaald als de arbeidsovereenkomst door de werkgever is opgezegd, tenzij sprake is van ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer. Van ernstig verwijtbaar handelen is slechts sprake in uitzonderlijke gevallen waarin evident is dat het handelen niet alleen verwijtbaar, maar ook ernstig verwijtbaar is (ECLI:NL:HR:2022:950, ro. 2.5). Het gaat dan volgens de wetsgeschiedenis bijvoorbeeld om diefstal, verduistering, bedrog of andere misdrijven, het ondanks loonopschorting bij voortduring niet naleven van de controlevoorschriften bij ziekte, het veelvuldig zonder gegronde reden en ondanks waarschuwing te laat op het werk verschijnen waardoor de bedrijfsvoering wordt belemmerd of het op oneigenlijke wijze gunstiger voorstellen van productiecijfers waardoor het vertrouwen van de werkgever ernstig is beschaamd. Dit betreft (uiteraard) geen limitatieve opsomming maar geeft een nadere invulling en inkleuring van in welke situaties van
ernstigverwijtbaar handelen gesproken kan worden. Accenture voert aan dat daarvan in onderhavig geval sprake is. Daarbij geldt dat de beoordeling of sprake is van ernstig verwijtbaar handelen een andere is dan de toets van de dringende reden.
23. Hiervoor is geoordeeld dat de gedragingen van [verzoeker] niet thuishoren op de werkvloer en dat hem daarvan een verwijt kan worden gemaakt. De kantonrechter is evenwel van oordeel dat dit handelen weliswaar verwijtbaar, maar niet ernstig verwijtbaar is. Dat had anders kunnen zijn als meer of alle verwijten die [verzoeker] worden gemaakt vast zouden zijn komen te staan, maar daarvan is geenszins sprake. Dat heeft tot gevolg dat de transitievergoeding aan [verzoeker] moet worden betaald. De hoogte daarvan is door [verzoeker] onbetwist berekend op € 27.497,77 bruto. Accenture zal worden veroordeeld tot betaling daarvan.

Billijke vergoeding

25. De kantonrechter kan op verzoek van de werknemer een billijke vergoeding toekennen, indien de werkgever heeft opgezegd in strijd met artikel 7:671 BW. Nu hiervoor is geoordeeld dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is en dus inderdaad is opgezegd in strijd met artikel 7:671 BW, wordt toegekomen aan het verzoek om toekenning van de billijke vergoeding. Op grond van artikel 7:681 BW kán de kantonrechter aan de werknemer een billijke vergoeding toekennen. Dat is een bevoegdheid maar geen verplichting, zoals ook volgt uit de uitspraak van de Hoge Raad van 8 juni 2018 (ECLI:NL:HR:2018:857, ro. 3.3.2. e.v.). De kantonrechter ziet in onderhavige zaak evenwel aanleiding om geen billijke vergoeding toe te wijzen, en wel om het volgende.
25. Weliswaar is zoals hiervoor is overwogen niet rechtsgeldig opgezegd, echter valt [verzoeker] wel degelijk een verwijt te maken van zijn handelen. Naar verwachting zou de arbeidsovereenkomst, zoals Accenture terecht aanvoert, niet lang meer hebben geduurd en zou een verzoek tot ontbinding zijn ingediend en, gezien het wel vaststaande verwijtbare handelen, naar verwachting ook zijn toegewezen. De arbeidsovereenkomst zou derhalve op korte termijn alsnog rechtsgeldig zijn geëindigd. De billijke vergoeding moet aansluiten bij de uitzonderlijke omstandigheden van het geval en naar haar aard in relatie dient te staan tot het ernstig verwijtbare handelen of nalaten van de werkgever (HR 30 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1187, New Hairstyle). Accenture kan worden verweten dat zij het ontslag op staande voet heeft doorgezet ondanks dat de uitkomsten van het (gebrekkige) onderzoek onvoldoende waren om een ontslag op staande voet te dragen. De feiten en omstandigheden die zijn komen vast te staan hadden echter wel het einde van de arbeidsovereenkomst middels een ontbinding kunnen dragen. Onder die omstandigheden past het niet om hier een billijke vergoeding toe te kennen. Bij deze beoordeling is meegewogen dat [verzoeker] van zijn handelen wel degelijk een verwijt kan worden gemaakt, hij al gecompenseerd wordt voor de onregelmatige opzegging en hem wel de transitievergoeding toekomt. Onder die omstandigheden ziet de kantonrechter geen aanleiding voor een nadere compensatie in de vorm van een billijke vergoeding. Dat betekent dat deze niet aan hem wordt toegekend.
25. De conclusie van al het voorgaande is dat Accenture de transitievergoeding en een vergoeding vanwege de onregelmatige opzegging toekomt, de transitievergoeding onder verstrekking van een deugdelijke bruto/netto specificatie. [verzoeker] heeft daarover tevens de wettelijke rente gevorderd vanaf het moment van verschuldigdheid. Dit zal eveneens worden toegewezen, waarbij de kantonrechter erop wijst dat artikel 7:686a lid 1 BW bepaalt welke de dag van verschuldigdheid van de onderscheiden vergoedingen is. Hetgeen overigens is verzocht zal worden afgewezen.
25. De proceskosten komen voor rekening van Accenture, omdat zij overwegend in het ongelijk wordt gesteld.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt Accenture om aan [verzoeker] een transitievergoeding te betalen van
€ 27.497,77 bruto, onder afgifte van een deugdelijke bruto/netto specificatie, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf het moment van verschuldigdheid tot aan de dag van de gehele betaling;
veroordeelt Accenture om aan [verzoeker] de vergoeding wegens onregelmatige opzegging te betalen van € 25.253,06 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf het moment van verschuldigdheid tot aan de dag van de gehele betaling;
veroordeelt Accenture in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [verzoeker] begroot op:
salaris € 1.244,00
griffierecht € 86,00
-----------------
totaal € 1.330,00
voor zover van toepassing, inclusief btw, en te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na heden;
veroordeelt Accenture in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 62,00 aan salaris gemachtigde, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het anders of meer verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.J. van der Molen, kantonrechter en op 25 augustus 2022 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. J. Higler-Huisman, griffier.