ECLI:NL:RBAMS:2022:4584

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
7 juli 2022
Publicatiedatum
4 augustus 2022
Zaaknummer
C/13/718648 / HA RK 22-170
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wrakingsverzoek buiten behandeling gesteld in bestuursrechtelijke zaak

Op 7 juli 2022 heeft de Wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam een wrakingsverzoek van verzoeker buiten behandeling gesteld. Het verzoek was ingediend op 8 juni 2022 en had betrekking op de zaak met zaaknummer AMS 22/1708WOB. Verzoeker stelde dat hij niet op de hoogte was gesteld van de rechter die zijn zaak zou behandelen en dat zijn zaak buiten zitting zou worden afgehandeld. Dit zou volgens hem de schijn van partijdigheid wekken, waardoor hij geen eerlijk proces zou hebben gekregen. De griffier van de Wrakingskamer vroeg om informatie aan de teamvoorzitter van het team bestuursrecht, maar er was nog geen definitieve beslissing genomen over de behandeling van de zaak. De teamvoorzitter gaf aan dat de keuze om de zaak zonder zitting te behandelen nog niet definitief was en dat verzoeker ten onrechte de indruk had gekregen dat er al een beslissing was genomen. De Wrakingskamer concludeerde dat het wrakingsverzoek buiten behandeling moest worden gesteld, omdat er nog geen rechter aan de zaak was verbonden. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Wrakingskamer

Beslissing op het bij brief van 8 juni 2022 bij de Wrakingskamer ingediende en onder rekestnummer C/13/718648 HA RK 22/170 ingeschreven verzoek van:

[verzoeker] ,

verzoeker.
welk verzoek strekt tot wraking in de zaak AMS 22/1708WOB.
1. Het verzoek
1.1.
Bij het team bestuursrecht is een zaak van verzoeker aanhangig met zaaknummer AMS 22/1708WOB.
1.2.
Verzoeker heeft aangevoerd dat hij op 7 juni 2022 heeft gebeld met de griffie en dat hij toen te horen heeft gekregen dat zijn zaak buiten zitting zou worden afgehandeld. Volgens verzoeker heeft hij geen eerlijk proces gekregen omdat hij, voorafgaand aan die beslissing, niet op de hoogte is gesteld welke rechter zijn zaak behandelt en evenmin dat de zaak buiten zitting zou worden afgedaan. Omdat de rechter voor verzoeker anoniem is, kan hij diens (on)partijdigheid niet onderzoeken en is de schijn van partijdigheid gewekt. Een verzoek tot wraking kan bovendien alleen voorafgaand aan de einduitspraak worden gedaan.
1.3.
Door de griffier van de Wrakingskamer is hierna om informatie gevraagd aan de teamvoorzitter van het team bestuursrecht.
1.4.
Deze heeft op 6 juli 2022 aan de griffier van de Wrakingskamer meegedeeld dat:
“Mijn antwoord bleef uit omdat ik, ook voor de heer [verzoeker] , wilde kunnen melden hoe het vervolgtraject van de zaak er precies uit zou zien. Dat is nog niet gelukt, omdat ik nog geen antwoord van de administratie heb gekregen. Ik kan al wel melden dat de zaak op een zitting wordt gepland. Welke zitting dat wordt en welke rechter zijn zaak dan behandeld, kan ik alleen nog niet zeggen. Daarover zal de heer [verzoeker] separaat bericht worden.
De heer [verzoeker] is niet helemaal juist voorgelicht over de wijze waarop zijn zaak zou worden afgehandeld. Bij elke zaak bestaat de mogelijkheid dat deze wordt afgedaan zonder dat een zitting wordt gehouden. De keuze daarvoor wordt door een rechter gemaakt. De gerechtsjuristen doen daar dan een voorstel voor. Dat is in het geval van de heer [verzoeker] ook gebeurd. Dit betreft echter slechts een voorstel van de betreffende gerechtsjurist. De keuze of dat voorstel gevolgd wordt, ligt bij een rechter. In de zaak van de heer [verzoeker] had er nog geen rechter naar zijn zaak gekeken en was de keuze voor een behandeling zonder zitting dus nog niet definitief gemaakt. De administrateur heeft de heer [verzoeker] dus ten onrechte de indruk gegeven dat al beslist was dat er geen zitting zou plaatsvinden. Daarvoor mijn welgemeende excuses aan de heer [verzoeker] , dit heeft voor onnodige verwarring gezorgd. Voor nu herhaal ik dat de zaak op een zitting behandeld zal worden en dat de heer [verzoeker] daar separaat nog over bericht zal worden.”
1.5.
Dit heeft tot gevolg dat het wrakingsverzoek buiten behandeling wordt gesteld, omdat een verzoek tot wraking alleen kan worden ingediend tegen een rechter die een zaak in behandeling heeft en daarvan is nog geen sprake. Dit is ook aan verzoeker bij separate brief meegedeeld.
1.6.
Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Wrakingskamer:
 stelt het verzoek buiten behandeling.
Aldus gegeven door mrs. P.B. Martens, voorzitter, N.C.H. Blankevoort en A.W.J. Ros, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 7 juli 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.