Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
- het proces-verbaal terechtzitting van 11 mei 2022,
- de brief van mr. Dionisius aan de rechters “verzoeken n.a.v. brief [naam 2] ”, die als bijlage bij het proces-verbaal is gevoegd.
Rechtbank Amsterdam
Op 11 mei 2022 heeft de Wrakingskamer van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan op een verzoek tot wraking van de leden van de meervoudige strafkamer. De verzoekers, drie gedetineerden vertegenwoordigd door hun advocaten, stelden dat de rechters vooringenomen waren in hun beslissingen. Het verzoek tot wraking was ingediend naar aanleiding van een afwijzing door de rechtbank om bepaalde getuigen te horen, waaronder [naam 2]. De rechtbank oordeelde dat de motivering van de afwijzing niet getuigde van vooringenomenheid en dat de verzoekers geen gegronde vrees voor partijdigheid konden onderbouwen. De Wrakingskamer concludeerde dat de beslissingen van de rechtbank geen grond voor wraking vormden en dat er geen reden was om aan de onpartijdigheid van de rechters te twijfelen. De beslissing werd mondeling meegedeeld en de griffier heeft de gronden van de uitspraak aan de partijen overhandigd. De rechtbank wees het verzoek tot wraking af, waarbij werd opgemerkt dat tegen deze beslissing geen voorziening openstaat op grond van artikel 515 lid 5 van het Wetboek van Strafvordering.