Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
tegen de verdachteter zake het aan hem ten laste gelegde feit waarover de rechter die in artikel 359a Sv wordt bedoeld, heeft te oordelen. Artikel 359a Sv is dus niet van toepassing indien het verzuim is begaan buiten het verband van dit voorbereidend onderzoek. [1]
[geboortedag] 1981 te [land van herkomst] (Nederlandse Antillen). Deze informatie is vervolgens ter operationele afhandeling aan het sectorhoofd van district Oost van de Eenheid Amsterdam ter beschikking gesteld is. De politie heeft toen in haar systemen onderzoek gedaan naar [naam] en daaruit kwam naar voren dat hij bekend staat als vuurwapengevaarlijk en een aantal antecedenten heeft. De officier van justitie heeft vervolgens de aanhouding buiten heterdaad van [naam] bevolen. De politie heeft ten slotte op 28 oktober 2021 [naam] aangehouden. Tijdens de interventie van de speciale eenheid, bevond de verdachte zich in de auto van [naam] . Toen de politie bezig was met de aanhouding van [naam] heeft de verdachte het rechter voorportier van de auto geopend, is hij uitgestapt en direct weggerend. De politie is achter de verdachte aangerend en heeft luidkeels geroepen: “Politie! Staan blijven”. De verdachte gaf daar geen gehoor aan en bleef rennen. De politie heeft de verdachte uiteindelijk ingehaald en op grond van verdenking van artikel 26 van de Wet wapens en munitie aangehouden.
4.Het bewijs
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.Gevangenisstraf
8.Onttrekking aan het verkeer
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
9 (negen) maanden.