Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.Waar gaat dit kort geding over?
3.De beoordeling
4.De beslissing
1.016,00
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 17 mei 2022, gaat het om een kort geding tussen de besloten vennootschap [eiseres] B.V. en SCHAARDIJK 434 B.V. De eiseres vordert nakoming van een koopovereenkomst die op 8 april 2020 is gesloten, waarbij zij een onroerende zaak, [naam villa], voor € 3,2 miljoen heeft verkocht aan Schaardijk. De eiseres stelt dat de levering van de onroerende zaak per 8 mei 2022 had moeten plaatsvinden, maar dat Schaardijk weigert af te nemen en de koopsom te betalen. Schaardijk beroept zich op ontbinding van de koopovereenkomst, omdat zij geen omgevingsvergunning en schone grondverklaring heeft verkregen. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van de eiseres afgewezen, omdat niet voldoende aannemelijk is gemaakt dat de koopovereenkomst nog van kracht is. De rechter oordeelt dat de uitleg van de koopovereenkomst aan de hand van de Haviltex-maatstaf moet plaatsvinden, waarbij alle omstandigheden van het geval in acht moeten worden genomen. De rechter concludeert dat er nader onderzoek naar de feiten nodig is, wat in kort geding niet mogelijk is. Daarom worden alle vorderingen van de eiseres afgewezen en wordt zij veroordeeld in de proceskosten.