Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 26 juli 2021, met producties 1 – 24,
- de op 10 augustus 2021 ingekomen productie 25 van [eiser] ,
- de conclusie van antwoord, met producties 1 – 3,
- het tussenvonnis van 5 januari 2022 waarin de mondelinge behandeling is bepaald,
- de op 18 februari 2022 ingekomen producties 26 – 34 van [eiser] ,
- de op 21 februari 2022 ingekomen productie 35 van [eiser] ,
- de op 28 februari 2022 ingekomen akte houdende eiswijziging van [eiser] ,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 1 maart 2022 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
start-upgenaamd [bedrijf] . Dit betrof een op te zetten online informatiedashboard voor de handel in cryptovaluta, waarvan klanten voor $ 50,00 per maand gebruik zouden gaan maken.
125,000 USD (of btc equivalent)
25k due within 72 hours.
100k due 3d week of May.
3% ownership
3.Het geschil
- een verklaring voor recht dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten jegens [eiser] ,
- een verklaring voor recht dat [gedaagde] onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eiser] ,
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van 125.000 USDT,
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van 13,56631043 BTC, althans tot overboeking van 13,56631043 BTC aan [eiser] , althans de tegenwaarde daarvan in USD per 7 maart 2021,
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van 6.500.000 KAI, vermeerderd met 50% van het behaalde rendement nader op te maken bij staat voor zover de schadeomvang op de datum van vonnis niet kan worden vastgesteld,
- een en ander te vermeerderen met wettelijke handelsrente en kosten, waaronder beslagkosten.
4.De beoordeling
Rechtsmacht en toepasselijk recht
- verschotten: € 3.095,20
- griffierecht: € 309,00
- salaris advocaat:
- totaal: € 4.649,70
- explootkosten: € 98,52
- griffierecht: € 1.357,00
- salaris advocaat:
- totaal: € 6.437,52