Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 februari 2022 in de zaak tussen
Procesverloop
Conclusie
niet in het gelijk.
Rechtbank Amsterdam
In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 22 februari 2022, is de zaak behandeld tussen Rederij Belle B.V. en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De rechtbank heeft geoordeeld over de omzetting van exploitatievergunningen voor passagiersvaart van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd. Eiseres, Rederij Belle B.V., had bezwaar gemaakt tegen de wijziging van haar exploitatievergunning, die ambtshalve was gewijzigd in een vergunning voor bepaalde tijd met een einddatum van 1 maart 2028. Het college had eerder het bezwaar van eiseres tegen de omzettingsvergunningen van andere rederijen niet-ontvankelijk verklaard en voor het overige ongegrond verklaard. De rechtbank heeft in deze zaak een regiezitting gehouden en het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden van 16 tot en met 30 november 2021. De rechtbank heeft de gezamenlijke standpunten van de verschillende rederijen besproken en beoordeeld in één enkele uitspraak. De rechtbank heeft geoordeeld dat de omzetting van de vergunningen niet in strijd is met het geschreven of ongeschreven recht. De rechtbank heeft de individuele beroepsgronden van eiseres beoordeeld en geconcludeerd dat het onderzoek van het college naar de uitgiftedata van de exploitatievergunningen voldoende zorgvuldig is geweest. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 22 februari 2022.