Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Regional Court Opole(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
sentence of the District Court in [geboorteplaats](Polen) van 24 april 2018 (referentienummer II K 1272/17).
4.Strafbaarheid: feiten waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
5.Geen overname tenuitvoerlegging straf door Nederland
Nelson Mandela Prison Rules, in het bijzonder
rule 91 en 95.De waarborgen voor een goede resocialisatie en re-integratie moeten worden nageleefd en dat dient in Nederland plaats te vinden en niet in Polen, nu Polen die garanties niet kan bieden.
Nelson Mandela Prison Rulesmaken dit niet anders.
the Nelson Mandela Prison Rulesdient gekeken te worden naar het kader dat voortvloeit uit arrest
Aranyosien
Căldăraru [1] .Nu er door de raadsman geen stukken zijn overgeleverd waaruit blijkt dat Polen de garanties die voortvloeien uit
the Nelson Mandela Prison Rulesniet naleeft, staat artikel 11 OLW niet aan overlevering in de weg.
Nelson Mandela Prison Rulesbieden daarnaast geen grondslag om de tenuitvoerlegging van de straf van het Poolse vonnis over te nemen.
The Nelson Mandela Prison Rules, waardoor re-integratie en resocialisatie voor de opgeëiste persoon niet mogelijk zal zijn en artikel 11 OLW aan de overlevering in de weg staat.
Aranyosien
Căldăraru [2] na te gaan of er op basis van objectieve, betrouwbare, nauwkeurige en naar behoren bijgewerkte gegevens sprake is van een algemeen reëel gevaar dat zich een schending van grondrechten als genoemd zou voordoen. Naar het oordeel van de rechtbank is dit niet het geval.
6.Artikel 11 OLW; Poolse rechtsstaatproblematiek
LM – Celmervan het Hof van Justitie van de Europese Unie van 25 juli 2018 heeft het Hof een stappenplan voor de beoordeling van een dergelijk reëel gevaar gegeven. [4] Als laatste stap dient de verdediging aan te tonen dat er ten aanzien van de opgeëiste persoon een individueel gevaar op schending van zijn in het Handvest gewaarborgde grondrechten bestaat. Het is in beginsel mede aan de opgeëiste persoon en zijn advocaat om, voor zover hij zich beroept op een reeds voltooide schending van zijn recht op een eerlijk proces, waar mogelijk, informatie te verstrekken die relevant zou kunnen zijn bij de beoordeling of een dergelijke schending heeft plaatsgevonden. De opgeëiste persoon heeft niets aangevoerd waaruit zou kunnen volgen dat hij geen eerlijk proces heeft gehad. De rechtbank beschikt ook anderszins niet over gegevens die daarop duiden. Het verweer wordt derhalve verworpen. Artikel 11 OLW staat aan overlevering niet in de weg. Voor aanhouding van de zaak bestaat geen aanleiding.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
[de opgeëiste persoon]aan
the Regional Court Opole(Polen) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.