ECLI:NL:RBAMS:2021:7751

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
31 december 2021
Publicatiedatum
5 januari 2022
Zaaknummer
EA 21-546
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet en billijke vergoeding in arbeidsovereenkomst bij New York Pizza

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 31 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker] en New York Pizza. [verzoeker] had op 1 september 2021 een verzoek ingediend tot vernietiging van zijn ontslag op staande voet, dat op 29 juni 2021 door New York Pizza was gegeven. De werkgever stelde dat [verzoeker] zich ontoelaatbaar had gedragen door zijn leidinggevende te bedreigen en dat dit een dringende reden voor ontslag vormde. Tijdens de zitting op 26 november 2021 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de reden voor het ontslag niet voldoende was onderbouwd. De verklaringen van getuigen en de videobeelden gaven geen steun aan de beschuldigingen van bedreiging. De kantonrechter oordeelde dat er geen dringende reden was voor het ontslag op staande voet en dat New York Pizza daarom een vergoeding wegens onregelmatige opzegging aan [verzoeker] verschuldigd was. Tevens werd [verzoeker] een billijke vergoeding toegekend, omdat het ontslag niet rechtsgeldig was. De kantonrechter heeft New York Pizza veroordeeld tot betaling van een billijke vergoeding van € 1.000,00, een transitievergoeding van € 123,47 en een vergoeding wegens onregelmatige opzegging van € 592,69, met wettelijke rente over deze bedragen.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9415698 EA VERZ 21-546
beschikking van: 31 december 2021
func.: 480

beschikking van de kantonrechter

I n z a k e

[verzoeker]

wonende te [woonplaats]
verzoeker
nader te noemen: [verzoeker]
gemachtigde: mr. A.T. Leigh
t e g e n

[verweerder] h.o.d.n. New York Pizza

wonende te [woonplaats]
verweerder
nader te noemen: New York Pizza
gemachtigde: mr. B. van de Berg (ARAG).

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

[verzoeker] heeft op 1 september 2021 een verzoek, met producties ingediend dat primair strekt tot vernietiging van de opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werkgever, met nevenverzoeken. Subsidiair heeft werknemer verzocht New York Pizza te veroordelen een vergoeding wegens onregelmatige opzegging, een transitievergoeding en de eventueel opgebouwde en nog niet uitbetaalde vakantietoeslag te betalen. Daarnaast heeft [verzoeker] een verzoek gedaan om ten laste van New York Pizza een billijke vergoeding toe te kennen, met nevenverzoeken.
New York Pizza heeft een verweerschrift, met producties ingediend.
Voorafgaand aan de zitting heeft New York Pizza nog stukken ingediend.
Het verzoek is mondeling behandeld op 26 november 2021. [verzoeker] is verschenen, vergezeld door zijn gemachtigde en [verweerder] is namens New York Pizza verschenen, eveneens vergezeld door de gemachtigde. Partijen hebben hun standpunt toegelicht en vragen van de kantonrechter beantwoord. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Na verder debat is beschikking gevraagd en is een datum voor beschikking bepaald.

Feiten

1. Als gesteld en niet (voldoende) weersproken staat het volgende vast.
1.1.
[verzoeker] , geboren op [geboortedatum] 2001, is op 16 december 2020 voor de duur van een jaar in dienst getreden bij New York Pizza. De laatste functie die [verzoeker] vervulde, is die van pizzabezorger, tegen een salaris van € 6,14 per uur bruto, waarbij het aantal arbeidsuren in de arbeidsovereenkomst op gemiddeld 4 uur per week is gesteld . Voorts is in de arbeidsovereenkomst opgenomen dat deze door beide partijen tussentijds kan worden beëindigd met inachtneming van de wettelijke beëindigingsregels.
1.2.
[verweerder] is uitbater van twee New York Pizza filialen, een in [vestigingsplaats 1] en een aan de [vestigingsplaats 2] , alwaar [verzoeker] werkzaam was. Bij New York Pizza zijn meer dan 25 werknemers werkzaam.
1.3.
Vanaf 16 december 2020 tot met 29 juni 2021 heeft [verzoeker] totaal 580,97 uren gewerkt.
1.4.
Op 29 juni 2021 is [verzoeker] op staande voet ontslagen door New York Pizza. In de ontslagbrief is hierover vermeld: “De reden hiervoor is dat u zich op zondag 27 juni 2021 op ontoelaatbare manier heeft gedragen naar uw leidinggevende de heer [naam 1] toe, ten overstaan van diverse collega’s. De heer [naam 1] sprak u erop aan dat u aan het werk moest gaan toen u al enkele minuten aan het praten was met iemand buiten terwijl in uw scooter al een bestelling zat die bezorgd moest worden bij een klant. Uw leidinggevende wilde u naar huis sturen, omdat u niet aan het werk was. Vervolgens begon u te dreigen
“wil je dit echt beginnen”en
“ik ga je neuken”of woorden van gelijke strekking. U liep terug naar buiten en bracht vervolgens de man waarmee u stond te praten en andere oudere jongens mee tot aan de entree van de vestiging. Uw leidinggevende stelde voor om met u op een rustige plek onder vier ogen te gaan praten, tijdens dit gesprek liep u boos weg en gooide de sleutel naar een andere koerier. U heeft u broer gebeld en gaf de telefoon vervolgens aan uw leidinggevende. Uw broer zei toen dingen tegen uw leidinggevende als
“we gaan je echt pakken buiten”.Uw broer verbrak vervolgens de verbinding. U riep vervolgens dingen als
“als we je buiten pakken, gaan we je doodslaan” “zulke grapjes moet je niet met mij maken” “laat me je niet buiten werktijd pakken” “tijdens werktijd ga ik niets doen maar buiten werktijd ga ik je dood maken”of woorden van gelijke strekking en liep toen uiteindelijk de winkel uit. (…) De volgende dag heeft u zich ziek gemeld tot mijn grote verbazing zag ik dat u diezelfde dag in een hotel (van der Valk) met ballonnen in de weer bent gegaan vermoedelijk om lachgas te gebruiken. Deze omstandigheden vormen elk afzonderlijk als in onderlinge samenhang bezien een dringen reden (…).”
1.5.
De heer [naam 1] , de leidinggevende van [verzoeker] (hierna te noemen [naam 1] ), heeft op 8 juli 2021 aangifte gedaan van bedreiging bij de politie. Hiervan is proces-verbaal opgemaakt. Hierin is onder meer vermeld: “(…) Toen hij uiteindelijk terug kwam van zijn bestelling heb ik hem verteld dat hij naar huis kon gaan omdat ik de scooter liever aan [naam 2] gaf. Eerst nam hij mij niet serieus. (…) toen begon het dreigen door dingen te zeggen als: “Wil je dit echt beginnen?” en vervolgens zei hij “ik ga je neuken”. Het was toen omstreeks 18:09 uur.” [verzoeker] liep toen naar buiten en kwam terug met de man waar hij eerder mee aan het chillen was. De man had een wit t-shirt aan en zou de neef van [verzoeker] zijn. Daarna kwamen er nog een paar oudere jongens bij staan. Ik kon de jongens niet. De neef zelf was rustig en niet agressief. Wel vond hij dat ik [verzoeker] een 2e kans moest geven. (…) Ik liep met [verzoeker] om het hoekje richting parkeerplaats om te praten. Ik had [verzoeker] uitgelegd dat hij vaker had gechilled tijdens werktijd (…) maar dat we nu door drukte geen tijd hadden voor zulke praktijken. Dit begreep [verzoeker] niet en [verzoeker] liep omstreeks 18:17 uur boos de winkel in en gooide de sleutel van de scooter richting [naam 2] . [verzoeker] liep naar achter en kwam videobellend met zijn broer terug en gaf de telefoon aan mij. Omstreeks 18:19 uur zei zijn broer “ik ben niet van New York en wij gaan je echt pakken buiten. De broer van [verzoeker] hing te telefoon snel weer op en ik gaf de telefoon weer terug aan [verzoeker] . Toen liep [verzoeker] boos de winkel uit en begon te roepen “Als we je buiten pakken gaan we je echt doodslaan. Zulke grapjes moet je niet met mij maken. Dit is mijn buurt en dit moet je niet met mij komen lopen doen. Laat me je niet buiten werktijd pakken. Tijdens werk ga ik niets doen maar buiten werktijd ga ik je dood maken. Daarna zag ik dat [verzoeker] de winkel verliet. Ik heb [verzoeker] daarna niet meer gezien. (…). Er zijn getuigen en videobeelden.”
1.6.
[naam 2] , een medewerker die aanwezig was tijdens het incident heeft verklaard: “ [naam 1] gaf een taak aan [verzoeker] om uit te voeren (…) Dit werd niet goed opgevat door [verzoeker] . Hierna volgde er een paar dreigementen die niet verstaanbaar waren voor [naam 1] , maar wel voor omstanders. Dit waren zinnen als “Ik zie je straks na werk, je moet oppassen” , “ik zet die ijzer (pistool) op je knie” “Straks kijken we of je nog kan lopen” Hierna liep [verzoeker] weg en gooide hij de sleutels vanaf de deur mijn kant op en verliet vervolgens de zaak.”
1.7.
Een collega, die anoniem wil blijven heeft verklaard: “(…) [verzoeker] begreep dat niet dat hij opeens naar huis moest, omdat hij eigenlijk niets fout deed. (…) Daarna liep [verzoeker] naar buiten en kwam terug met een man waarvan [naam 1] tegen [verzoeker] zei dat hij met hem childe. Toen ging die man uitleggen dat ze elkaar alleen gingen groeten. Daarna ging [verzoeker] met [naam 1] buiten in gesprek. Daarna kwam [naam 1] de zaak weer binnen en even later [verzoeker] ook. Toen zei [naam 1] tegen [verzoeker] je bent niet ontslagen ofzo hoor, je mag morgen terugkomen. [verzoeker] liep weg en kwam bellend terug. Hij wilde laten spreken maar [naam 1] kon het niet goed verstaan en gaf de telefoon terug aan [verzoeker] . [naam 1] kwam later naar mij toe om te vragen wat er is gezegd omdat hij het niet verstond dus ik antwoorde: ik weet het niet. Toen pakte [verzoeker] z’n tas en liep ontevreden/ongelukkig de zaak uit omdat hij het niet vond kunnen wat [naam 1] had gedaan.”

Verzoek

2. [verzoeker] verzoekt primair vernietiging van het ontslag op staande voet en doorbetaling van salaris tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is opgezegd.
3. Subsidiair verzoekt [verzoeker] om New York Pizza te veroordelen tot betaling van:
- een schadevergoeding wegens onregelmatige opzegging ter hoogte van het loon vanaf 29 juni 2021 tot het moment waarop de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig zal eindigen,
- de transitievergoeding ex artikel 7:673 lid 1 BW van € 155,24,
- de eventueel opgebouwde en nog niet uitbetaalde vakantietoeslag tot het einde van het dienstverband,
- een billijke vergoeding ex artikel 7:681 lid 1 BW van € 2.867,18.
4. Ter zitting heeft [verzoeker] verklaard te berusten in het ontslag, en het primaire verzoek ingetrokken. Ten aanzien van de subsidiaire verzoeken heeft [verzoeker] - kort samengevat - gesteld dat hij zijn leidinggevende niet heeft bedreigd en uitgescholden. [verzoeker] was op de bewuste dag aan het werk en had een pizza in zijn scooter gedaan, toen hij een bekende tegen kwam. Deze heeft hij even begroet (duurde niet langer dan een minuut) en hij heeft vervolgens de pizza bezorgd. Bij terugkomst werd hij door zijn leidinggevende aangesproken dat hij niet snel genoeg was en zijn sleutels moest inleveren en naar huis kon gaan. Hier was [verzoeker] het niet mee eens. Hij was erg teleurgesteld en heeft zijn leidinggevende hierop aangesproken. Hij heeft hem daarbij niet bedreigd. Ook betwist hij dat hij zijn broer heeft gebeld. Hij heeft [verweerder] , de eigenaar van New York Pizza, gebeld en zijn vader. Hij heeft zich niet ontoelaatbaar gedragen, zodat het ontslag niet rechtsgeldig is gegeven.

Verweer

5. New York Pizza voert verweer tegen de verzoeken, welk verweer hierna aan de orde zal komen. Zij voert aan - kort samengevat - dat 27 juni 2021 een drukke avond was in verband met EK-voetbal en de leidinggevende van [verzoeker] , [naam 1] , door een collega werd gewezen op het feit dat [verzoeker] buiten stond te chillen met een bekende van hem, terwijl er al een pizza in de scooterbox zat. [naam 1] heeft dit gecontroleerd en dit bleek te kloppen. Bij terugkomst van zijn rit heeft [naam 1] [verzoeker] hierop aangesproken en gezegd dat hij zijn sleutels kon inleveren en naar huis kon gaan voor de avond. Hierop werd [verzoeker] heel boos en begon hem uit te schelden. [verzoeker] kwam met de jongen waarmee hij stond te kletsen bij de deur staan en begon [naam 1] te bedreigen. Daarna belde [verzoeker] ook nog zijn broer, die door de telefoon bedreigingen uitte jegens [naam 1] . Van dit alles heeft hij aangifte gedaan (zie 1.5). Ook zijn er beelden van het voorval. Het gedrag van [verzoeker] is ontoelaatbaar. Toen [verzoeker] zich de volgende dag ziek had gemeld maar [verweerder] via Instagram zag dat [verzoeker] gewoon naar een feestje was gegaan waar hij kennelijk ook lachgas had gebruikt, was de maat vol en heeft hij [verzoeker] op staande voet ontslagen.

Beoordeling

6. Het gaat in deze zaak om de vraag of aan [verzoeker] een billijke vergoeding moet worden toegekend en New York Pizza moet worden veroordeeld tot betaling van een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een transitievergoeding.
7. De kantonrechter dient daartoe in de eerste plaats te beoordelen of de reden die New York Pizza aan het ontslag op staande voet ten grondslag heeft gelegd als een dringende reden kwalificeert als bedoeld in artikel 7:677 BW en of er onverwijld is opgezegd. Bij de beoordeling van de gerechtvaardigdheid van het ontslag moeten de omstandigheden van het geval in onderlinge samenhang worden bezien. De aard en de ernst van het gedrag van de werknemer spelen daarbij een rol, evenals de duur van de arbeidsovereenkomst en ook de (persoonlijke) omstandigheden van de werknemer en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor de werknemer heeft.
8. Voor de beoordeling van de rechtsgeldigheid van het ontslag moet worden uitgegaan van hetgeen in de ontslagbrief is vermeld. Aan het ontslag is ten gronde gelegd dat [verzoeker] zich ontoelaatbaar heeft gedragen jegens [naam 1] , zijn leidinggevende, door hem uit te schelden en te bedreigen (zie 1.4). Omdat [verzoeker] de door New York Pizza gestelde gang van zaken betwist, zal moeten worden beoordeeld of de in de ontslagbrief geschetste gang van zaken vast komt te staan. New York Pizza heeft erop gewezen dat [naam 1] bij de politie aangifte heeft gedaan, waarvan een proces-verbaal is opgemaakt (zie 1.5). De in dit proces-verbaal opgenomen verklaring van [naam 1] zou volgens New York Pizza ondersteund worden door verklaringen van getuigen ( [naam 2] 1.6 en een persoon die anoniem wil blijven 1.7) en de ter zitting getoonde videobeelden.
9. In de verklaring van [naam 2] is vermeld dat de dreigementen niet verstaanbaar waren voor [naam 1] . De geuite bewoordingen die [naam 2] noemt zijn niet gelijkluidend aan die [naam 1] in zijn verklaring bij de politie heeft genoemd. [naam 2] heeft ook niets verklaard over het telefoongesprek met de broer van [verzoeker] . In de anonieme getuigenverklaring is opgenomen dat [naam 1] niet kon verstaan wat er aan de telefoon, dan wel door [verzoeker] vlak na het telefoongesprek werd gezegd. De anonieme getuige verklaart dat [naam 1] het hem/haar heeft gevraagd, maar hij/zij heeft gezegd dat hij/zij het ook niet wist. Beide verklaringen ondersteunen zodoende niet hetgeen in de aangifte is verklaard met betrekking tot de bedreigingen. De ter zitting vertoonde camera beelden bieden geen uitsluitsel, nu de beelden niet voorzien zijn van geluid maar vooral omdat er niets van boosheid of agressie, dan wel een bedreigende situatie of houding is te zien. Dat er bij het incident woorden zijn gevallen neemt de kantonrechter op basis van de verklaringen aan, maar dat deze bewoordingen hoorbaar zijn geweest voor [naam 1] , zoals in de ontslagbrief is vermeld, en daarmee zodanig bedreigend en/of grievend voor hem zijn geweest , is niet komen vast te staan. Zonder ondersteunend bewijs is de verklaring van [naam 1] in het proces-verbaal van aangifte onvoldoende om van hetgeen daarin is opgenomen, uit te kunnen gaan.
10. New York Pizza heeft nog aangevoerd dat de (eventueel achteraf) gehoorde uitingen bedreigender zijn, omdat [verzoeker] en zijn broer ‘bekend staan’ in de buurt en zouden zijn veroordeeld vanwege openlijke geweldpleging. Los van het feit dat in de ontslagbrief is vermeld dat de bedreigingen rechtstreeks aan [naam 1] waren gericht en tegen hem zijn geuit, is deze stelling niet onderbouwd met stukken, zodat de kantonrechter dit niet kan laten meewegen. Overigens is ter zitting ook gebleken dat er geen hoor en wederhoor heeft plaatsgevonden met betrekking tot het voorval. [verweerder] heeft [verzoeker] die avond aan de telefoon gesproken, maar over eventuele bedreigingen is niet gesproken omdat [verweerder] daar nog niet van op de hoogte was. [verweerder] heeft verklaard dat hij [verzoeker] daarna niet meer niet heeft gesproken over de bedreigingen. Dat een gesprek niet mogelijk was, zoals [verweerder] ter zitting stelt, omdat [verzoeker] zich de volgende dag ziek heeft gemeld, volgt de kantonrechter niet. [verweerder] had [verzoeker] kunnen bellen om te vragen wat er was gebeurd, maar heeft dat niet gedaan.
11. Voorts is nog aan het ontslag op staande voet ten grondslag gelegd dat [verzoeker] zich had ziek gemeld maar toch naar een feestje is gegaan. Deze omstandigheid rechtvaardigt op zichzelf geen ontslag op staande voet. Daarbij weegt mee dat er voorafgaand aan het ontslag dus geen hoor-en wederhoor heeft plaatsgevonden, zodat [verzoeker] zijn kant van het verhaal niet aan New York Pizza heeft kunnen doen. Gelet op bovenstaande is de kantonrechter van oordeel dat een ontslag op staande voet niet gerechtvaardigd was.
12. Nu hiervoor is geoordeeld dat er geen sprake was van een dringende reden om tot onmiddellijke opzegging van de arbeidsovereenkomst over te gaan, is New York Pizza op grond van artikel 7:672 lid 11 BW een vergoeding wegens onregelmatige opzegging verschuldigd aan [verzoeker] , omdat is opgezegd tegen een eerdere dag dan die tussen partijen geldt. De vergoeding is gelijk aan het bedrag van het (gemiddeld) loon over de opzegtermijn, te weten een maand.
13. Met betrekking tot de hoogte van het (gemiddeld) loon, doet [verzoeker] een beroep op artikel 7:610b BW omdat hij structureel meer heeft gewerkt dan de overeengekomen 4 uur gemiddeld per week. Volgens [verzoeker] is de referteperiode (april - juni 2021) echter niet representatief voor het bepalen van de arbeidsduur, omdat hij door een ongeval buiten werktijd in april 2021 minder heeft kunnen werken. Hij stelt daarom voor de periode januari- maart 2021 als uitgangspunt te nemen. New York Pizza betwist dat de referteperiode niet representatief zou zijn. Mocht de kantonrechter toch een andere referteperiode willen hanteren, dan moet er gekeken worden naar de gehele periode waarin [verzoeker] heeft gewerkt, in plaats van alleen naar de maanden januari 2021 – maart 2021, aldus New York Pizza. Nu [verzoeker] in de maand april minder heeft gewerkt dan in de andere maanden wegens omstandigheden die buiten de werksfeer liggen, zal de kantonrechter uitgaan van de gehele gewerkte periode als referteperiode. Dit geeft in de gegeven omstandigheden een meest representatief beeld van de arbeidsduur. Het gaat dan om de uren die zijn gewerkt in de periode 16 december 2020 tot en met 29 juni 2021. [verzoeker] heeft volgens de salarisspecificaties in deze periode totaal 580,97 uur gewerkt. Dit aantal uren gedeeld door 6,5 maand, komt uit op een gemiddeld aantal uren van 89,38 per maand. De kantonrechter zal daarom een bedrag van € 592,69 bruto (89,38 x € 6,14 + 8% vakantietoeslag hierover) toewijzen als vergoeding voor de onregelmatige opzegging, alsmede de wettelijke rente hierover vanaf 29 juni 2021, de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd (artikel 7:686a lid 4 onder 1).
14. [verzoeker] heeft ook recht op een transitievergoeding. Uitgaande van bovengenoemd gemiddeld maandloon en rekening houdende met een maand opzegtermijn, omdat moet worden uitgegaan van het moment dat de arbeidsovereenkomst bij rechtsgeldige opzegging zou zijn geëindigd, (waarbij dus wordt uitgegaan van 7,5 maand), zal New York Pizza worden veroordeeld tot betaling van € 123,47 aan transitievergoeding.
15. De gevorderde wettelijke rente over deze vergoeding wordt toegewezen, te rekenen vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd, dus vanaf 29 juli 2021 (zie artikel 7:686a lid 1 BW).
16. Nu de opzegging van de arbeidsovereenkomst is geschied zonder een geldige dringende reden, is ook het verzoek van [verzoeker] om toekenning van een billijke vergoeding toewijsbaar.
17. Over de hoogte van de toe te kennen billijke vergoeding overweegt de kantonrechter het volgende. [verzoeker] heeft een billijke vergoeding verzocht van € 2.867,18, te weten een bedrag dat gelijk staat aan doorbetaling van het gemiddelde loon (door [verzoeker] berekend over de maanden januari 2021 tot en maart 2021) tot het einde van de arbeidsovereenkomst.
18. In zijn beschikking van 30 juni 2017 (ECLI:NL:HR:2017:1187 New Hairstyle) heeft de Hoge Raad een aantal uitgangspunten geformuleerd voor de begroting van de billijke vergoeding. De Hoge Raad overweegt dat de begrotingswijze en omvang van de billijke vergoeding moet aansluiten bij de uitzonderlijke omstandigheden van het geval, waarbij op de rechter een motiveringsplicht rust. Voorts dient de billijke vergoeding naar haar aard in relatie te staan tot het ernstig verwijtbare handelen of nalaten van de werkgever en niet tot de gevolgen van het ontslag, maar kan met die gevolgen wel rekening worden gehouden bij het bepalen van de omvang van de billijke vergoeding, voor zover deze zijn toe te rekenen aan het verwijt dat de werkgever kan worden gemaakt. Bij het vaststellen van de billijke vergoeding kan worden gelet op hetgeen de werknemer aan loon zou hebben genoten als de opzegging zou zijn vernietigd. Het zal van de omstandigheden van het geval afhangen welke verdere duur van de arbeidsovereenkomst daarbij in aanmerking moet worden genomen. Daarbij is mede van belang of de werkgever de arbeidsovereenkomst ook op rechtmatige wijze zou hebben kunnen beëindigen, en op welke termijn dit dan had mogen gebeuren en vermoedelijk zou zijn gebeurd. Tot de mee te wegen omstandigheden behoort onder meer de mate waarin de werkgever van de grond voor de vernietigbaarheid van de opzegging een verwijt valt te maken. Voorts kan daartoe behoren - voor zover het om in de toekomst te derven loon gaat - of de redenen die de werknemer heeft om af te zien van vernietiging van de opzegging aan de werkgever zijn toe te rekenen. Bij de vaststelling van de billijke vergoeding kan ook ermee rekening worden gehouden of de werknemer inmiddels ander werk heeft gevonden, en met de inkomsten die hij daaruit dan geniet, en met de (andere) inkomsten die hij in redelijkheid in de toekomst kan verwerven. Bij de vergelijking tussen de situatie zonder de vernietigbare opzegging en de situatie waarin de werknemer zich thans bevindt, dient bovendien de eventueel aan de werknemer toekomende transitievergoeding te worden betrokken. Voor zover elementen van de vaststelling van de billijke vergoeding zien op de vergoeding van schade van de werknemer, lenen de wettelijke regels van artikel 6:95 e.v. BW zich voor overeenkomstige toepassing. Bij het vaststellen van de billijke vergoeding gaat het er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever, maar de billijke vergoeding heeft geen specifiek punitief karakter. Bij het bepalen van de hoogte van de billijke vergoeding kan ermee rekening worden gehouden dat recht bestaat op een transitievergoeding en een vergoeding wegens onregelmatige opzegging.
19. Uitgaande van het voorgaande zal de kantonrechter de billijke vergoeding vaststellen op een bedrag van € 1.000,00 bruto, te weten ongeveer twee maanden loon. Daarbij neemt de kantonrechter in aanmerking dat de arbeidsovereenkomst wel tussentijds opzegbaar was en er in de huidige tijd voor bezorgers voldoende werk voor handen is, zodat het voor [verzoeker] mogelijk moet zijn snel elders werk te vinden. Bovendien krijgt [verzoeker] een vergoeding voor de onregelmatige opzegging en was hij relatief kort in dienst bij New York Pizza.
20. De gevorderde wettelijke rente over deze vergoeding wordt toegewezen, te rekenen vanaf 14 dagen na de datum van deze beschikking.
21. Het verzoek New York Pizza te veroordelen tot (uit)betaling van opgebouwd vakantiegeld zal worden afgewezen, nu uit de salarisspecificaties genoegzaam blijkt dat de reserveringen voor vakantietoeslag tot en met de ontslagdatum is uitbetaald en niet is onderbouwd dat lagere bedragen zijn betaald dan op de specificaties is vermeld.
22. De proceskosten komen voor rekening van New York Pizza, omdat hij in het ongelijk wordt gesteld.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt New York Pizza om aan [verzoeker] een billijke vergoeding te betalen van
€ 1.000,00 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 14 dagen na de datum van deze beschikking, tot de dag van voldoening;
veroordeelt New York Pizza om aan [verzoeker] een transitievergoeding te betalen van
€ 123,47, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 29 juli 2021 tot aan de dag van de gehele betaling;
veroordeelt New York Pizza om aan [verzoeker] de vergoeding wegens onregelmatige opzegging te betalen van € 592,69 bruto, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 29 juli 2021 tot aan de dag van de gehele betaling;
veroordeelt New York Pizza in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van begroot op:
salaris € 498,00
griffierecht € 240,00
-----------------
totaal € 738,00
voor zover van toepassing, inclusief btw;
veroordeelt New York Pizza in de na deze beschikking ontstane kosten, begroot op
€ 62,00 aan salaris gemachtigde, te verhogen met een bedrag van € 68,00 en de explootkosten van betekening van de beschikking, een en ander voor zover van toepassing inclusief btw, onder de voorwaarde dat New York Pizza niet binnen veertien dagen na aanschrijving volledig aan deze beschikking heeft voldaan en betekening van de beschikking pas na veertien dagen na aanschrijving heeft plaatsgevonden;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het anders of meer verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. R. Kruisdijk, kantonrechter en op 31 december 2021 in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter