Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Bewezenverklaring
6.Bewijs
7.Strafbaarheid van de feiten
8.Strafbaarheid van verdachte
9.Motivering van de straf en maatregel
first offenders..
de Raadeen deels voorwaardelijke jeugddetentie geadviseerd. Aan het voorwaardelijk strafdeel dienen de volgende bijzondere voorwaarden te worden gekoppeld dat verdachte onderwijs volgt volgens het rooster (of een andere vorm van dagbesteding) en zich houdt aan alle aanwijzingen van JBRB.
€ 342,23(€ 297,67 voor het eigen risico + € 44,56 voor het radiologisch onderzoek) worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
€ 1.500,00.De rechtbank zal de toegewezen bedragen ten aanzien van de materiële en immateriële schade hoofdelijk opleggen. De benadeelde partij zal voor het overige niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn vordering. De behandeling van de vordering levert voor het overige deel een onevenredige belasting van het strafgeding op omdat deze onvoldoende is onderbouwd en het toelaten van nadere bewijslevering zou betekenen dat de behandeling van de strafzaak moet worden aangehouden. De benadeelde partij kan het resterende deel van zijn vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
€ 1.842,23te weten een bedrag van € 342,23 voor de materiële schade en € 1.500,00 voor de immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment dat de schade is ontstaan.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
11.Beslissing
[verdachte] ,daarvoor strafbaar.
150 (honderdvijftig) dagen.
106 (honderdenzes) dagen, van deze jeugddetentienietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelastop grond van het overtreden van de na te noemen algemene en bijzondere voorwaarden.
2 (twee) jarenonder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
- onderwijs of een andere vorm van dagbesteding volgt volgens het rooster;
- zich houdt aan alle aanwijzingen van Jeugdbescherming Regio Brabant.
[persoon 3]gedeeltelijk toe tot een bedrag van € 1.842,23 (zegge achttienhonderd tweeënveertig euro en drieëntwintig cent), waarvan € 342,23 (zegge driehonderd tweeënveertig euro en drieëntwintig cent) voor materiële schade en € 1.500,00 (zegge vijftienhonderd euro) voor immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (12 januari 2021) tot aan de dag van de algehele voldoening.
[persoon 3]ter hoogte van € 1.842,23 (zegge achttienhonderd tweeënveertig euro en drieëntwintig cent). Voormeld bedrag bestaat uit materiële en immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (12 januari 2021) tot aan de dag van de algehele voldoening, behoudens voor zover deze vordering reeds door of namens een ander of anderen is betaald. Bepaalt daarbij de maximale duur van de gijzeling op 0 dagen.