Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
Standpunt eiseres
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 8 september 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een tandartsassistente, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een uitkering wegens betalingsonmacht van haar werkgever, die failliet was verklaard. De aanvraag betrof specifiek een retentiebonus van € 5.000 die eiseres zou ontvangen als zij tot 1 september 2019 inzetbaar zou zijn. De werkgever had echter bepaald dat de bonus pas na het einde van de arbeidsovereenkomst, die op 31 augustus 2019 eindigde, opeisbaar zou zijn. De rechtbank moest beoordelen of de retentiebonus voor overname in aanmerking kwam, gezien de loonovernametermijn die tot en met 31 augustus 2019 liep.
De rechtbank oordeelde dat de retentiebonus niet voor overname in aanmerking kwam, omdat deze pas opeisbaar was na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Eiseres had weliswaar voldaan aan de voorwaarden voor de bonus vóór het einde van haar dienstverband, maar de rechtbank stelde vast dat de bonus pas na 1 september 2019 daadwerkelijk opeisbaar was. De rechtbank concludeerde dat de vordering van eiseres niet binnen de relevante periode viel en verklaarde het beroep ongegrond. Eiseres kreeg geen gelijk en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. M.M. Verberne en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.