ECLI:NL:RBAMS:2021:4434
Rechtbank Amsterdam
- Proces-verbaal
- N.R. Peters
- A.K. Mireku
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke maatregel ter bevordering van verkeersveiligheid na overtredingen door eiser
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 8 juni 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen eiser en de algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen. Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder, waarbij hem een Educatieve Maatregel Gedrag en verkeer (EMG) was opgelegd. Dit besluit volgde op een proces-verbaal van de politie, waarin werd vastgesteld dat eiser zich schuldig had gemaakt aan gevaarlijk rijgedrag, waaronder het rijden met hoge snelheid over een zebrapad en het negeren van verkeerslichten.
Eiser was niet verschenen op de zitting, en verweerder was vertegenwoordigd door een gemachtigde. De rechtbank heeft het onderzoek op de zitting gesloten en onmiddellijk na sluiting van het onderzoek mondeling uitspraak gedaan. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard, waarbij werd vastgesteld dat eiser aan de voorwaarden voor vrijstelling van griffierecht voldeed, maar dat de maatregel van verweerder gerechtvaardigd was op basis van het proces-verbaal.
De rechtbank oordeelde dat verweerder mocht uitgaan van de juistheid van het proces-verbaal, ondanks de ontkenning van eiser, die niet verder onderbouwd was. De rechtbank verwees naar de relevante artikelen van de Wegenverkeerswet 1994 en de Regeling rijvaardigheid en geschiktheid. Eiser heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.