In de hoofdzaak
met betrekking tot de woning
b. een verklaring voor recht dat [eiseres] de woning per 6 april 2020, althans een in goede justitie te bepalen datum had moeten verlaten;
c. een verklaring voor recht dat [eiseres] aan de nalatenschap is verschuldigd een gebruiksvergoeding voor de woning c.q. schadevergoeding, te bepalen op:
1. € 1.300,- per maand vanaf 6 april 2020 ter zake misgelopen huur,
2. € 6.319,07 ter zake alle lasten met betrekking tot de woning over de periode 6 oktober 2019 tot 25 januari 2021,
3. € 708,82 ter zake de rente op de uitstaande leningen over de periode van 6 april 2020 tot en met 25 januari 2021,
4. € 255,56 ter zake de rente op de uitstaande leningen over de periode dat beslag ligt (29 maart 2021 tot 13 juli 2021),
5. € 748,73 ter zake de lasten met betrekking tot de woning in de periode dat beslag ligt (29 maart 2021 tot 13 juli 2021),
althans in goede justitie te bepalen bedragen en data;
d. schadevergoeding wegens misbruik van procesrecht, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
e. alle bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding;
f. het beslag op het recht van erfpacht met betrekking tot de woning op te heffen en aan [eiseres] voor de duur van het geding een verbod op te leggen tot het leggen van beslag op de woning, op straffe van een dwangsom van € 20.000,- voor iedere overtreding van dit verbod;
g. een verklaring voor recht dat het beslag op de woning onrechtmatig is gelegd en [eiseres] te veroordelen tot schadevergoeding, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
met betrekking tot roerende zaken
h. veroordeling van [eiseres] tot het doen van opgave waar de roerende zaken van erflater zich bevinden en veroordeling van [eiseres] tot afgifte aan [gedaagde] van alle roerende zaken van erflater die zij uit de woning heeft meegenomen, op straffe van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag dat [eiseres] niet aan deze veroordeling voldoet;
i. een verklaring voor recht dat [eiseres] haar aandeel in de zaken die van haar en erflater gemeenschappelijk waren heeft verbeurd aan [gedaagde] , althans de erfgenamen en veroordeling van [eiseres] tot afgifte van deze goederen, op straffe van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag dat [eiseres] niet aan deze veroordeling voldoet;
j. veroordeling van [eiseres] tot betaling van vervangende schadevergoeding indien de goederen van erflater en de goederen waarin [eiseres] haar aandeel heeft verbeurd niet binnen een door de rechtbank bepaalde termijn zijn afgegeven, deze schadevergoeding nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
met betrekking tot intellectuele eigendom van erflater
k. veroordeling van [eiseres] tot het doen van opgave van alle door erflater vervaardigde fysieke en digitale kunstwerken, foto’s, negatieven en kopieën daaronder begrepen, die zij onder zich houdt, en veroordeling van [eiseres] tot afgifte daarvan aan [eiseres] ;
l. veroordeling van [eiseres] tot onttrekking aan het verkeer, vernietiging of onbruikbaarmaking van kopieën of back-ups van de werken van erflater;
m. een verbod tot het doen van inbreuk op het auteursrecht van erflater (waaronder ook valt het publiceren van de handtekening van erflater);
n. veroordeling van [eiseres] tot het uit de lucht halen en houden van de website www. [naam stichting] .nl en/of het wijzigen van de petitie www. [naam petitie] .nl, zodanig dat daarin de naam van erflater niet voorkomt;
o. veroordeling van [eiseres] tot het opheffen dan wel ontbinden van de stichting “ [naam stichting] ”, althans tot het veranderen van de naam en doelstelling van deze stichting zodanig dat de naam [erflater] hierin niet voorkomt, binnen één week na het in dezen te wijzen vonnis en een verbod om rechtspersonen op te richten waarin de naam “ [erflater] ” voorkomt,
p. sub k tot en met o, allen op straffe van een dwangsom;
in alle gevallen
j. veroordeling van [eiseres] in de proceskosten.