Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Staatsanwaltschaft Gratz(Oostenrijk) – met goedkeuring van het
Landesgericht für Strafsachen Graz(Oostenrijk) – en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
4.Uitvaardigende justitiële autoriteit
NJ (Openbaar ministerie Wenen)(C489/19 PPU, ECLI:EU:C:2019:849) (verder: het arrest). Zij heeft verder verwezen naar de Oostenrijkse wetgeving die de officier van justitie aanwijst als uitvaardigende autoriteit. Zij heeft gesteld dat het EAB is uitgevaardigd door de bevoegde autoriteit, nu er goedkeuring van een rechterlijke autoriteit aan ten grondslag ligt. De dubbele rechtsbescherming is daarmee gewaarborgd.
NJ(
OG en PI) (C508/18 en C82/19 PPU, ECLI:EU:C:2019:456).
NJ(
Openbaar Ministerie (Valsheid in geschrifte)) (C-510/19, ECLI:EU:C:2020:494), schrijft deze in noot 20: “Het Hof heeft in het arrest van 9 oktober 2019,
NJ (Openbaar ministerie Wenen)(C489/19 PPU, EU:C:2019:849), aanvaard dat een rechter een EAB „goedkeurt” dat is uitgevaardigd door een openbaar ministerie dat afhankelijk is van de uitvoerende macht. Dat betekent echter niet dat de lidstaten de bevoegdheid voor het uitvaardigen van een EAB kunnen
splitsenen over twee autoriteiten kunnen verdelen. Het betekent louter dat de uitvaardigende autoriteit de autoriteit is die de beslissing van het openbaar ministerie heeft „goedgekeurd”.”
5.Strafbaarheid
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsartikelen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het
Landesgericht für Strafsachen Graz(Oostenrijk).