Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Regional Court in Elblag II Criminal Department(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
District Court in Ostroda 7th Branch Division of the Criminal Department of Moragvan 12 april 2017 met kenmerk VII K 59/17
District Court in Ostroda 7th Branch Division of the Criminal Department of Moragvan 19 december 2017 met kenmerk VII K 213/17
District Court in Ostroda 7th Branch Division of the Criminal Department of Moragvan 28 december 2017 met kenmerk VII K 330/17
4.Artikel 12 OLW
Stb. 125, die op 1 april 2021 in werking is getreden. Daarbij is ook artikel 12 OLW gewijzigd, in die zin dat de in deze bepaling neergelegde weigeringsgrond nu een facultatief karakter heeft. Gelet op deze wijziging zal de rechtbank eerst het beoordelingskader van het gewijzigde artikel 12 OLW bespreken.
The Regional Court in Elblag, blijkt dat de opgeëiste persoon bij het eerste verhoor in het vooronderzoek op 1 september 2017 een adres in [plaats] heeft opgegeven alsmede een document genaamd
the instruction on the rights and duties in the course of the criminal proceedingsin persoon heeft ondertekend, waarin onder meer staat dat de opgeëiste persoon elke adreswijzing aan de autoriteiten door moest geven en waarin zij is geïnformeerd over de consequenties van het niet doorgeven van haar adreswijziging. Gelet hierop kan naar het oordeel van de rechtbank worden aangenomen dat de opgeëiste persoon op de hoogte was van de feiten waarvan zij werd verdacht, alsmede dat zij er rekening mee moest houden dat er een vervolging tegen haar zou worden ingesteld en dat zij daarover officiële correspondentie zou ontvangen. De opgeëiste persoon heeft er desondanks voor gekozen naar Nederland te vertrekken zonder dit aan de Poolse autoriteiten te laten weten.
5.Strafbaarheid
Openbaar Ministerie (Onafhankelijkheid van de uitvaardigende rechterlijke autoriteit)) [7] geoordeeld dat het bestaan van structurele en/of fundamentele gebreken wat de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht van Polen betreft die in alle gevallen negatieve gevolgen voor de rechterlijke instanties in Polen kunnen hebben, op zichzelf niet volstaat om de hoedanigheid van “uitvaardigende rechterlijke autoriteit” in de zin van artikel 6 lid 1, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ aan elke Poolse rechter en rechterlijke instantie te ontzeggen.
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsbepalingen
9.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de
Regional Court in Elblag II Criminal Department(Polen).