ECLI:NL:RBAMS:2021:2143
Rechtbank Amsterdam
- Herroeping
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag nabestaandenuitkering op grond van de Anw wegens gebrek aan verzekering
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 15 april 2021 uitspraak gedaan in het geschil tussen eiseres, woonachtig in Marokko, en de Raad van bestuur van de sociale verzekeringsbank. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een uitkering op grond van de Algemene Nabestaandenwet (Anw) na het overlijden van haar echtgenoot op 20 december 2011. De rechtbank heeft vastgesteld dat de echtgenoot van eiseres op het moment van zijn overlijden niet verzekerd was voor de volksverzekeringen in Nederland, noch in Marokko. Dit leidde tot de conclusie dat eiseres geen nabestaande is in de zin van de Anw, waardoor haar aanvraag voor de uitkering ongegrond werd verklaard.
Het proces begon met een primaire afwijzing van de aanvraag op 30 mei 2017, gevolgd door een niet-ontvankelijk verklaring van het bezwaar op 10 november 2017. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de rechtbank oordeelde dat het bezwaar ongegrond was. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat eiseres geen recht heeft op een vrijwillige Anw-verzekering, omdat haar echtgenoot destijds geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om zich vrijwillig te verzekeren. De rechtbank heeft het beroep tegen het bestreden besluit II ongegrond verklaard, maar heeft verweerder wel opgedragen het door eiseres betaalde griffierecht te vergoeden.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat de echtgenoot van eiseres, die sinds 2000 niet meer in Nederland woonde of werkte, op het moment van overlijden niet verzekerd was voor de Anw. Dit werd bevestigd door gegevens van het Caisse Nationale Securité Sociale (CNSS) in Marokko. De rechtbank heeft de zaak gesloten zonder zitting, omdat geen van de partijen gebruik heeft gemaakt van het recht om gehoord te worden. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.