Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Waardering van het bewijs
13/997003-18).
- [medeverdachte 1] (
- [medeverdachte 3] (
- [medeverdachte 4] (
- [medeverdachte 5] (
Een proces-verbaal van aangifte van [aangever] van 19 december 2017, met nummer PL1300-2017264757-1 in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam 2] , met bijlage (doorgenummerde pagina’s 1-3 ZD6).
Een proces-verbaal van bevindingen, vervalsen kentekenplaten [kenteken 1] , van 17 januari 2018, met nummer LEFCF16002-1106 in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [naam 3] (doorgenummerde pagina’s 7-10 ZD6).
4.Bewezenverklaring
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van verdachte
7.Motivering van de straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
1. opzetheling,
2. opzettelijk een geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, voorhanden hebben, terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst.
[verdachte], daarvoor strafbaar.
taakstraf van 50 uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 25 dagen.