Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
vonnis van de kantonrechterkort geding
[eiser] ,
de besloten vennootschap [gedaagde] B.V.,
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Uitgangspunten
I do/don’t agree with this offer of hours on my labour contract. If I don’t agree, I’ll continue to work under the same labour conditions in 2020.”
Sinds 1/3/2016 heb ik een oproepcontract/arbeidsovereenkomst voor 0 uur per maand. Gemiddeld heb ik de afgelopen 13 weken echter meer uren, te weten 18 uren 7 min per week gewerkt. Ik zou deze uren dan ook graag in mijn arbeidsovereenkomst laten opnemen. Ik verzoek u derhalve om wijziging van mijn arbeidsovereenkomst in te wijzigen op 18 uur per week op grond van artikel 7:610b van het Burgerlijk Wetboek en/of eventuele bepaling in toepasselijke cao.”
Vanaf halverwege maart 2020, sinds de start van de lockdown in verband met het coronavirus, heeft u cliënt niet meer opgeroepen om te komen werken. Van cliënt begreep ik dat werkgever heeft besloten het salaris van april aan te vullen tot het gemiddeld gewerkte uren in de maand januari, februari en maart 2020. Voor cliënt betekent dit 28,57 uur per maand. Client begreep dat dit ook als basis komt te dienen voor het loon over mei 2020.
€ 2.326.146,00.