Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
de erven van [overledene] , genaamd [eiser sub 3 a] en [eiser sub 3 b],
[eiser 4],
[eiser 6],
[eiser 7],
de erven van [overledene sub 2] , genaamd [eiser sub 8 a] , [eiser sub 8 b][eiser sub 8 c] en [eiser sub 8 d], wonende te [woonplaats] , [woonplaats] , [woonplaats] en [woonplaats] ,
[eiser 9],
[eiser 10],
[gedaagde 3],
[gedaagde 5],
[gedaagde 7],
[gedaagde 8],
1.De procedure in de hoofdzaak en de vrijwaringszaak
- dagvaarding in de hoofdzaak van 20 maart 2019, met producties,
- conclusie van antwoord tevens verzoek ex artikel 85 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van Ortelius c.s. met producties,
- conclusie van antwoord van Circle c.s. met producties,
- conclusie van antwoord van Travis c.s. met producties,
- conclusie in incident van Travis c.s. tot oproeping in vrijwaring met producties,
- conclusie van antwoord in incident van [eisers] c.s.,
- akte in incident van Ortelius c.s.,
- extract uit de minuten van deze rechtbank waarbij de vrijwaring is toegestaan,
- dagvaarding in de vrijwaringszaak van 1 oktober 2019, met producties,
- conclusie van antwoord van Ortelius in de vrijwaringszaak,
- de tussenvonnissen van 11 december 2019 waarbij een comparitie van partijen is gelast in zowel de hoofdzaak als de vrijwaringszaak;
- het proces-verbaal van comparitie van 11 juni 2020 en de daarin genoemde nadere stukken,
- de brief van 2 juli 2020 van [eisers] c.s. met opmerkingen naar aanleiding van het proces-verbaal.
2.De feiten
Ortelius – beheerder van beleggingsfondsen
fund of fundsstructuur opgezet. Daarbij zijn beleggingsfondsen opgezet die als doel hadden deel te nemen in verschillende hedgefondsen en beleggingsproducten zodat de beleggers in het nieuwe beleggingsfonds indirect participeerden in meerdere hedgefondsen en beleggingsproducten (hierna ook: de onderliggende fondsen). Ortelius heeft in eerste instantie een drietal beleggingsfondsen opgericht met verschillende combinaties van onderliggende fondsen met elk een eigen risicoprofiel: het Sinano Low Volatility Fund, het Sinano Medium Volatility Fund en het Sinano Market Neutral Fund (tezamen ook wel aangeduid als de Primaire Sinano Fondsen).
1. Belangrijke informatie1
14.In- en verkoop van Participaties door het Fonds
Primaire Sinano Fondsendeden zij dat als volgt:
in kind, wat wil zeggen dat zij voorafgaand aan hun participatie reeds geïnvesteerd hadden in een onderliggend fonds en deze investering in natura inbrachten in een van de Sinano fondsen en daarmee participant werden in dat Sinano fonds. Zij investeerden dus niet door overmaking van een geldbedrag;
in cash, wat wil zeggen dat zij door overmaking van een geldbedrag participant werden in het betreffende Sinano fonds;
in kindals
in cash.[Van eiser 12 is de rechtbank niet gebleken of deze alleen
in cashheeft belegd of ook
in kind]
Sinano Alpha Fundhebben twee beleggers (eisers 6 en 7)
in cashgeparticipeerd.
participantenvergadering eind 2010, die nadien is rondgestuurd, deze sluiting toegelicht:
central administration agreementvoorziet in een vrijwaring van Vistra en dat overigens artikelen 6:6 jo 6:10 BW ertoe leiden dat als Travis c.s. aansprakelijk is in de hoofdzaak Ortelius hen zou moeten vrijwaren. Dit hangt samen met het verschil in de verplichting tussen Ortelius als beheerder enerzijds en de daaraan ondergeschikte rol van Travis c.s. als bewaarder en administrateur anderzijds, het verschil in vergoedingen en de verantwoordelijkheid van Ortelius voor de inhoud van het informatie memorandum en een eventueel niet juist vastgestelde NAV’s, aldus steeds Travis c.s.
4.De beoordeling
in de hoofdzaak
funds of funds, wat betekent dat de fondsen op hun beurt beleggen in onderliggende fondsen, veelal hedgefondsen. In het hoofdstuk over beleggingsbeleid zijn beperkingen opgenomen ten aanzien van de onderliggende fondsen waarin de Sinano fondsen mogen beleggen. Een daarvan betreft onderliggende fondsen met een 'Lock up': “Er mag voor maximaal [20%/30%/20%] (op het moment van investeren) geïnvesteerd worden in illiquide posities met een Lock-up van een of meerdere jaren.” (zie 2.3)
op het moment van investerenen niet op de situatie daarna.
fund of fundsstructuur zoals de Sinano fondsen is dat de waarde van het hoofdfonds wordt bepaald door een optelling van de NAV’s van de onderliggende fondsen en dat het niet de rol van het hoofdfonds is steeds een
due diligenceonderzoek te verrichten op onderliggende fondsen om te controleren of de afgegeven NAV’s juist zijn vastgesteld. De niet nader onderbouwde opmerking van [eisers] c.s. ter comparitie dat het informatiememorandum wel ‘de indruk’ geeft dit gedaan zou worden, is onvoldoende om van het tegenovergestelde uit te gaan.
in kindingelegd, wat betekent dat zij voordien al direct participeerden in een of meer onderliggende fondsen en dus op de hoogte waren of hadden kunnen zijn van de risico’s van die onderliggende fondsen. Deze beleggers hebben in wezen hun risico gecollectiveerd en onderdeel gemaakt van een bredere portefeuille met alle plussen en minnen die daarbij horen. Ten aanzien van hen kan aan het verwijt dat [eisers] c.s. maakt – namelijk dat de Sinano fondsen ‘vrijwel uitsluitend gevuld [waren] met participaties in problematische gesloten Onderliggende Hedgefondsen’ en dat Ortelius direct tot sluiting had moeten overgaan – dus sowieso geen gevolg verbonden worden. Zij wisten dat zij hun ‘problematische gesloten Onderliggende Hedgefondsen’ inbrachten in een nieuw open fonds met uittreedmogelijkheden.
in kindbeleggers geldt bovendien hetgeen in 4.14 is overwogen.
in kinden/of
in cashhebben geïnvesteerd – in één dagvaarding te combineren. Met deze keuze is geabstraheerd van de individuele omstandigheden van iedere belegger en wordt alleen de handelswijze van Ortelius als beheerder – en in het verlengde daarvan de handelswijze van de bewaarder en de administrateur van de Sinano fondsen – in zijn algemeenheid centraal gesteld. Aldus ligt niet voor de vraag of Ortelius in de individuele relatie met iedere belegger een verwijt gemaakt kan worden gemaakt.
in cash, maar ook wat hen betreft heeft [eisers] c.s. nagelaten de verwijten voldoende concreet te maken. Zoals in 4.19 overwogen doet zich ook hier de situatie voor dat alleen de handelswijze van Ortelius in zijn algemeenheid in deze procedure voorligt en niet naar de handelswijze van Ortelius specifiek ten aanzien van eisers 6 en 7.
7.712,00(2,0 punten × tarief € 3.856,00)