3.3Het oordeel van de rechtbank
Bij de beoordeling van de vordering wordt de volgende maatstaf in acht genomen. Het rapportis een wettig bewijsmiddel, dat zo is ingericht dat onder verwijzing naar wettige bewijsmiddelen een berekening is gemaakt van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Als het door het Openbaar Ministerie aangedragen bewijs een beredeneerde schatting van wederrechtelijk genoten voordeel uit strafbare feiten oplevert dan brengen overwegingen van redelijkheid en billijkheid mee dat het vervolgens aan de veroordeelde is om voldoende tegenbewijs te leveren. Hij dient in die situatie de schijn tegen hem te weerleggen door van zijn kant aannemelijk te maken dat zijn vermogen niet wederrechtelijk is verkregen. De Hoge Raad heeft meermalen uitgemaakt dat deze bewijslastverdeling niet in strijd is met het onschuldbeginsel en het recht op een eerlijk proces.
Aantal oogsten
De indicatoren die in het rapport worden genoemd, te weten vuile filters, kweekresten, kalk- en algenaanslag op de waterpompen, waterpompen in de waterbak, droogrekken met hennepresten, knipscharen met hennepresten en de aangetroffen oogst, wijzen op meerdere geslaagde oogsten. Liander N.V. gaat uit van vier geslaagde oogsten in alle twee de ruimtes. De officier van justitie heeft de berekening aangepast naar vier oogsten in ruimte C en drie oogsten in ruimte D. De rechtbank vindt dat de in het rapport genoemde indicatoren en de berekeningen voldoende aanwijzingen opleveren dat sprake is geweest van vier eerdere oogsten in ruimte C en drie eerdere oogsten in ruimte D. Het is dan aan veroordeelde om aannemelijk te maken dat (een van) de oogsten niet succesvol zijn geweest. Dat heeft hij niet gedaan. Het feit dat een enkele getuige zegt dat er twee zakken waren en dat veroordeelde zelf heeft verklaard dat hij maar twee keer heeft geknipt, doet daar niet aan af. De rechtbank volgt dan ook de door de officier van justitie gewijzigde berekening.
De rol van veroordeelde en het door hem wederrechtelijk verkregen voordeel
De rechtbank vindt dat het dossier voldoende aanknopingspunten biedt dat veroordeelde uit deze oogsten voordeel heeft genoten, te meer nu veroordeelde als enige is veroordeeld voor de hennepplantage. Het is dan aan hem om aannemelijk te maken dat hij de hennepplantage niet alleen heeft geëxploiteerd. Het verweer van de verdediging dat hij slechts de katvanger is geweest wordt onvoldoende onderbouwd. Dat veroordeelde door zijn stiefvader in zijn levensonderhoud werd ondersteund betekent niet dat hij geen wederrechtelijk verkregen voordeel heeft genoten. Het is immers mogelijk dat veroordeelde de winst uit de oogsten binnen korte tijd heeft verbruikt of dat hij het geld (voor de autoriteiten) verborgen heeft gehouden. Het voorwaardelijk verzoek om de stiefvader van veroordeelde als getuige te horen wordt dan ook afgewezen.
De raadsman heeft verder nog bepleit dat de kosten van de aanschaf van de deurcamera moeten worden meegenomen bij de gemaakte kosten. Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel deze kosten niet in directe relatie staan tot het telen van hennepplanten. De kosten voor de camera worden dan ook niet afgetrokken.
Berekening
Op grond van hetgeen hierboven is overwogen komt de rechtbank tot de volgende berekening (met inachtneming van de in het rapport genoemde bedragen):
Ruimte C: 4 oogsten x 483 planten x 28,6 gram = 55.255,2 gram
Ruimte D: 3 oogsten x 250 planten x 29,1 gram = 21.825,0 gram +
Totaal = 77.080,2 gram
Bruto opbrengst : 77.080,2 gram x € 3,28 per gram = € 252.823,05
- afschrijvingskosten : 4 oogsten x € 300,- = € 1.200,00
- variabele kosten : 483 planten x € 6,18 x 4 oogsten = € 11.939,76 +
Kosten ruimte D:
- afschrijvingskosten : 3 oogsten x € 200,- = € 600,00 +
- variabele kosten : 250 planten x € 6,18 x 3 oogsten = € 4.635,00 +
Totale kosten = € 16.574,76
Bruto opbrengst = € 252.823,05
Totale kosten = € 16.574,76 –
Totale opbrengst = € 236.248,29
Naar het oordeel van de rechtbank heeft veroordeelde dus wederrechtelijk voordeel verkregen dat de rechtbank schat op € 236.248,29.