Op 24 juni 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan twee winkeldiefstallen. De feiten vonden plaats op 5 maart 2020 en 14 maart 2020, waarbij de verdachte respectievelijk levensmiddelen bij Spar City en vier blikjes drank bij Albert Heijn To Go heeft gestolen. De rechtbank heeft de zaak op tegenspraak behandeld, waarbij de officier van justitie, mr. A.J.M. Vreekamp, de vordering heeft ingediend en de verdediging werd vertegenwoordigd door mr. E.M. Steller. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, geboren in 1977 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, gedetineerd was in een justitieel complex. Tijdens de zitting op 10 juni 2020 heeft de rechtbank de bekennende verklaringen van de verdachte en de aangiftes in overweging genomen. De rechtbank oordeelde dat de feiten bewezen konden worden verklaard.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 60 dagen, zonder onvoorwaardelijk strafdeel, en heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd. De verdachte heeft een strafblad met veelvuldige vermogensdelicten en heeft ter zitting zijn excuses aangeboden. Hij heeft aangegeven gemotiveerd te zijn om aan zijn alcoholverslaving te werken en kan deelnemen aan een behandeltraject via AMOC Regenboog Groep en Jellinek Verslavingszorg. De rechtbank heeft geen voorwaardelijk strafdeel opgelegd, omdat deelname aan het behandeltraject niet afhankelijk is van een bijzondere voorwaarde. De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 57 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.