Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
Ik heb nog geen prijs...hij heeft mij gezegd.... Ik vertrouw die gasten niet, laat die waggie gewoon naar Marbella komen, dan geef je gewoon wat die waggie kost, dan geef je gewoon wat die waard is. Snap je.. Dan zeggen hun allemaal nee, dit.. we willen die waggie verkopen nu...
Is goed, verplaats die auto maar. Jij bepaalt niet naar waar. Ik zeg je naar waar die auto naar toe gaat.
Als jij die auto gewoon verkoopt en die auto is 125 waard.
Ik zei haar ook, het is goed dat je bent gegaan, want je bent de enige die kon gaan.” [16]
In de onder 2.5 weergegeven vaststellingen ligt als oordeel van het Hof besloten dat met het enkel aanwijzen van de legale verkrijging van gelden door de verdachte in een tijdvak (ruim) voor de aanvang van de bewezenverklaarde periode niet een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring is gegeven dat de in de bewezenverklaring bedoelde geldbedragen die tijdens de bewezenverklaarde periode contant zijn gestort niet van misdrijf afkomstig zijn, en dat ook anderszins niet de aanwezigheid van (legaal) vermogen bij aanvang van de bewezenverklaarde periode is gebleken waaruit deze contante stortingen (kunnen) worden verklaard.
“Nee… Ja, luister. Ik heb een voetbalmattie van me.
Die andere heeft hij zo klaar zegt ie. En de berekening hoefde toch niet opnieuw dat geldt alleen voor werkgeversverklaring.” [61] Bij dit e-mailbericht is een salarisspecificatie over oktober 2016, op naam van verdachte, gevoegd. Volgens die salarisspecificatie zou verdachte loon ontvangen van onderneming [naam bedrijf] . [62] Op 10 november 2016 stuurt [naam 8] nog een e-mail. Bij dit e-mailbericht zit een afschrift van bankrekening [nummer] dat verschilt van het eerdere verstuurde afschrift. Nu staat er onder meer een salarisbetaling van [naam bedrijf] aangegeven. [63] De salarisspecificatie en het aangepaste bankafschrift zijn vervolgens op 10 november 2016 naar een medewerker van Santander toegestuurd. [64]
5.Bewezenverklaring
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
9.Beslag
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
een gevangenisstrafvoor de duur van
17 (zeventien) maanden.
3 (drie) maanden, van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
een proeftijdvan
2 (twee) jarenvast.
verbeurd:
onttrokken aan het verkeer:
teruggave aan veroordeeldevan: