ECLI:NL:RBAMS:2020:1211
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het zonder registratie in voorraad hebben van ketamine
Op 26 februari 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 58-jarige man, die beschuldigd werd van het zonder registratie in voorraad hebben van ongeveer 24,11 kilogram ketamine. De verdachte werd op 11 februari 2019 aangehouden na een verkeerscontrole, waarbij in zijn auto twee kartonnen dozen en een tas met plastic sealbags vol wit poeder werden aangetroffen. De verdachte verklaarde dat hij dacht cafeïne te vervoeren en dat hij hiervoor 500 euro zou ontvangen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte wist dat hij iets illegaals vervoerde, gezien de omstandigheden van de aanhouding en de aard van de substantie. De officier van justitie had gerekwireerd tot bewezenverklaring van de tenlastelegging, terwijl de verdediging vrijspraak bepleitte op basis van de bestemming van de ketamine. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging en oordeelde dat de verdachte artikel 38 van de Geneesmiddelenwet had overtreden. De rechtbank legde een taakstraf op van 120 uur, waarvan 60 uur voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank overwoog dat de straf in overeenstemming was met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het was begaan.