Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[gedaagde sub 3],
1.De procedure in de zaak 18-982
- het tussenvonnis van 3 april 2019,
- het proces-verbaal van comparitie van 28 juni 2019, met de daarin vermelde stukken,
- de brief aan de zijde van Scope Group c.s. van 22 juli 2019, met opmerkingen over het proces-verbaal,
- de brief aan de zijde van Principle Group van 23 juli 2019, met opmerkingen over het proces-verbaal.
2.De procedure in de zaak 19-221
- het vonnis in incident van 15 mei 2019,
- de akte houdende wijziging/vermeerdering van eis in reconventie,
- het proces-verbaal van comparitie van 28 juni 2019, met de daarin vermelde stukken,
- de brief aan de zijde van Principle Group van 23 juli 2019, met opmerkingen over het proces-verbaal.
3.De feiten in beide zaken
geenonderdeel uit van de Activa en worden
nietdoor de Curator aan de Koper verkocht.”
- De eerste termijn ad EUR 45.375 uiterlijk op 23 april 2018,
- De tweede termijn ad EUR 22.687,50 uiterlijk op 22 mei 2018,
- De derde termijn ad EUR 22.687,50 uiterlijk op 22 juni 2018”
4.Het geschil
5.De beoordeling
2.148,00(2,0 punten × tarief € 1.074,00)
1.390,00(2,0 punt × tarief € 695,00)