Uitspraak
the Regional Court in Toruń, Polen, en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
De opgeëiste persoon heeft ter zitting verklaard dat de bovenvermelde personalia juist zijn en dat hij de Poolse nationaliteit heeft.
3.Grondslag en inhoud van het EAB
the District Court in Chelmnovan 28 april 2009 (Referentienummer: II K 134/09).
Bij beslissing van 15 december 2011 heeft hetzelfde gerecht de tenuitvoerlegging van deze voorwaardelijke straf bevolen.
De overlevering wordt verzocht ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze vrijheidsstraf.
‘yes, the concerned person appeared in person at the trial, in the result of which the judgment was rendered in case II K 134/09’.De opgeëiste persoon heeft dit ook bevestigd
.
4.Feit waarvoor de toetsing van dubbele strafbaarheid is vereist
Uit de nadere informatie van de Poolse autoriteiten van 5 juli 2019 kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden afgeleid dat sprake is geweest van (voorwaardelijk) opzet van de opgeëiste persoon op het in een hulpeloze toestand brengen of laten van zijn dochter.
Evenmin blijkt dat de dochter van de opgeëiste persoon door het niet (volledig) betalen van de alimentatie daadwerkelijk in een concreet gevaar voor haar leven of gezondheid is gebracht of gelaten.
Uit de beschikbare informatie kan naar het oordeel van de rechtbank evenmin worden afgeleid dat sprake is geweest van een
pogingtot het misdrijf van artikel 255 Wetboek van Strafrecht. Op basis van het EAB en de nadere informatie van 5 juli 2019 kan dus niet worden vastgesteld dat het feit waarvoor de overlevering wordt verzocht naar Nederlands recht strafbaar is. Dit betekent dat de overlevering voor dit feit moet worden geweigerd.
5.Toepasselijke wetsbepalingen
6.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the Regional Court in Toruń, Polen.