In deze zaak heeft Global Telecom Holding S.A.E. (hierna: Global Telecom) een kort geding aangespannen tegen Niel Natural Resources Investments S.A. (hierna: NNRI) met als doel de opheffing van conservatoire beslagen die NNRI op de activa van Global Telecom had gelegd. De procedure vond plaats op 9 september 2019, waarbij beide partijen hun standpunten en bewijsstukken hebben gepresenteerd. Global Telecom stelde dat de beslagen onterecht waren gelegd en dat NNRI niet volledig en naar waarheid had geïnformeerd in haar beslagrekest. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de beslagen niet opgeheven konden worden op deze grond, omdat NNRI voldoende informatie had verstrekt over de kern van het geschil.
Global Telecom, een internationaal telecommunicatiebedrijf, heeft een vordering ingesteld tegen NNRI, een investeringsmaatschappij, die voortvloeit uit een eerdere overeenkomst tussen beide partijen over de verkoop van aandelen in een dochteronderneming. NNRI had beslag gelegd op de activa van Global Telecom ter waarborging van een vordering van 55.330.000 USD, die voortkwam uit een geschil over de terugbetaling van voorschotten. Global Telecom bood een bankgarantie aan als vervangende zekerheid, maar NNRI had bezwaren tegen de voorwaarden van deze garantie.
De voorzieningenrechter heeft uiteindelijk geoordeeld dat Global Telecom onvoldoende zekerheid had geboden voor de vordering waarvoor NNRI beslag had gelegd. De vordering van Global Telecom tot opheffing van de beslagen werd afgewezen, en Global Telecom werd veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de noodzaak van voldoende zekerheid bij het opheffen van conservatoire beslagen en de rol van de voorzieningenrechter in dergelijke geschillen.