Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
‘courtesy’tussen hen. Zij koestert geen wrok of woede naar verdachte toe. De raadsvrouw heeft betoogd dat het beeld van ‘
courtesy’ tussen verdachte en aangeefster niet past bij een verkrachting voorafgegaan door bedreiging met een mes.
gedwongentot het ondergaan van seksuele handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam.
courtesy’ tussen verdachte en aangeefster niet past bij de bedreiging met een mes voorop dat ieder slachtoffer van verkrachting op een andere wijze op een dergelijke gebeurtenis reageert. Niet ieder slachtoffer raakt in paniek of is hevig geëmotioneerd. Waar sommige slachtoffers zich verzetten, doen andere slachtoffers dit niet, bijvoorbeeld uit angst of om de situatie niet te laten escaleren. Aangeefster heeft, gelet op haar verklaring, kennelijk voor dit laatste gekozen. Dat verdachte zich kennelijk hoffelijk heeft opgesteld betekent niet dat hij niet tegelijkertijd een mes kan hebben getoond.
5.Het bewijs
bijlageopgenomen bewijsmiddelen acht de rechtbank bewezen dat verdachte:
6.De strafbaarheid van het feit
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
365 dagen.
, 340 dagen,van deze gevangenisstraf niet tenuitvoergelegd zal worden, tenzij later anders wordt gelast.
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de duur van
240 uren.