Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Tribunal Judicial da Comarca de Lisboa Norte(Portugal) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
niet ingeschreven in de Basisregistratie Personen, maar verblijvend op het adres:
[adres] ,
1.Procesgang
De opgeëiste persoon is niet verschenen. In het dossier bevindt zich een afstandsverklaring gedateerd 4 april 2019.
Aanwezig was de raadsman mr. W.J. Oomkes, advocaat te Vlaardingen, namens mr. W.J.J. Trooster.
De raadsman heeft verklaard door de opgeëiste persoon niet uitdrukkelijk te zijn gemachtigd de verdediging te voeren. Hij heeft tevens verklaard dat de opgeëiste persoon bij nader inzien aanwezig wenst te zijn op de zitting.
Gehoord zijn de opgeëiste persoon, zijn raadsman mr. W.J.J. Trooster en de officier van justitie mr. N.R. Bakkenes. De opgeëiste persoon is – bijgestaan door een tolk in de Portugese taal.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
De opgeëiste persoon heeft ter zitting verklaard dat de bovenvermelde personalia juist zijn en dat hij de Portugese nationaliteit heeft.
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Order revoking the suspension of the sentencevan de
Three-Judge Courtmet referentienummer 58/03.0PILSB, welke op 6 april 2011 onherroepelijk is geworden
.
twee jaren en zes maanden, door de opgeëiste persoon te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat.
Yes, the person concerned was present at the hearing which led to the decision.
‘the defendant was actually present in the hearing before the first instance court which led to the decision, confirmed by the Court of Appeal’.
4.Feit vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Beroep op gelijkstelling.
24 april 2019 meegedeeld dat de opgeëiste persoon zijn recht van verblijf in Nederland niet zal verliezen ten gevolge van de veroordeling in Portugal.
De brief van de IND is onbedoeld in het dossier terechtgekomen. Er kan geen sprake zijn van gelijkstelling en om die reden is de brief van de IND niet relevant.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de opgeëiste persoon voldoende tijd gehad om de stukken te verzamelen en aan de rechtbank te overhandigen. Het verzoek om aanhouding van de behandeling van het EAB is om die reden ter zitting afgewezen (zie ook Rechtbank Amsterdam 25 juli 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:5317).
28 augustus 2018 stond ingeschreven in Nederland. Voor de overige periode vermeldt het SKDB een adres in Portugal. Het verblijf in Nederland kan ook op andere wijze met objectieve gegevens worden aangetoond, maar van zulke objectieve gegevens is niet gebleken. Uit de overgelegde stukken kan namelijk weliswaar worden afgeleid dat de opgeëiste persoon in de jaren 2014-2018 in Nederland heeft gewerkt, maar voor het jaar 2014 is niet bekend in welke periode de opgeëiste persoon heeft gewerkt. Gezien de ontbrekende inschrijving in het BRP voor dat jaar, kan de rechtbank dan ook niet vaststellen dat de opgeëiste persoon vanaf 31 mei 2014 onafgebroken in Nederland heeft verbleven. Evenmin kan op basis van de stukken worden vastgesteld dat de opgeëiste persoon gedurende een periode van vijf jaar reële en daadwerkelijke arbeid heeft verricht.
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan het
Tribunal Judicial da Comarca de Lisboa Norte(Portugal) ten behoeve van de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, wegens het feit waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.