2.3.Het derde gebiedsverbod. De eerder genoemde feiten en omstandigheden zijn ook redengevend voor dit verbod. Uit de tweede aanvullende bestuurlijke rapportage van 10 juli 2018 blijkt volgens de burgemeester dat er nog steeds geen reden is om aan te nemen dat de dreiging op het leven van eiser is afgenomen. Het vermoeden van betrokkenheid bij druggerelateerde criminaliteit is versterkt door een melding bij de politie dat eiser handelt in cocaïne. Verder heeft de politie op 12 juni 2018 een informatiewagen, een Mobile Media Lab, op Wittenburg geplaatst om opnieuw aandacht te vragen voor de schietpartij. Daarnaast is nationaal via het tv-programma Opsporing Verzocht aandacht gevraagd voor de schietpartijen. Tevens is er nog steeds onrust in de wijk, aldus de burgemeester.
3. Eiser betwist niet dat een gebiedsverbod voorstelbaar is in de weken vlak na het tweede schietincident. De burgemeester heeft enige tijd nodig om zaken op een rij te zetten en na te kunnen denken over vervolgstappen. Maar eiser betwist dat na die tijd het gebiedsverbod kon worden gehandhaafd. Met iedere verlenging wordt de druk op eiser zwaarder en komen zijn belangen en rechten meer in de knel. Eiser betwist dat hij het beoogde doelwit was bij het tweede schietincident en betwist ook de kans op herhaling van een dergelijk schietincident. Eiser stelt geen aanleiding te hebben gegeven tot het geweld en kan zich niet voorstellen dat men het op hem heeft gemunt. Eiser is het met de burgemeester eens dat het tweede schietincident in het [buurthuis] maatschappelijke beroering heeft doen ontstaan. Hij is echter zelf ook slachtoffer van dat buitensporige geweld. Volgens hem heeft de burgemeester ten onrechte het eerste schietincident bij het oordeel omtrent de kans op herhaling betrokken. Dit betrof immers een volledig op zichzelf staand incident, waarbij een alleen opererende dader gemeend heeft zich met vuurwapengeweld van het bezit van de door hem gestolen scooter te kunnen verzekeren. Deze persoon is inmiddels aangehouden en de rechtszaak dient op korte termijn. Eiser stelt dat sprake is van schending van artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM), nu hij zijn woning drie maanden niet in kon. De burgemeester heeft eiser in feite dakloos gemaakt, terwijl de burgemeester geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor dit gevolg of zich heeft ingespannen dit gevolg voor eiser te verzachten door elders onderdak voor hem te vinden. Voorts bevatten de bestuurlijke rapportages van de politie waar de burgemeester zich op baseert geen feitelijke, concrete of harde informatie. De rapporten bevatten slechts aannames en zachte informatie. Die informatie is weliswaar geheim, maar omdat eisers gemachtigde de bestuurlijke informatie van het vierde gebiedsverbod onder ogen heeft gehad, heeft eiser er weet van.
Beoordeling van de rechtbank
4. De rechtbank stelt vast dat de burgemeester de gebiedsverboden heeft opgelegd met toepassing van artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet. Hierin is bepaald dat de burgemeester bevoegd is bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, de bevelen te geven die noodzakelijk te achten zijn voor de handhaving van de openbare orde.
De bevoegdheid tot het opleggen van het gebiedsverbod
5. De rechtbank is met partijen van oordeel dat het tweede schietincident in het [buurthuis] een ernstige verstoring van de openbare orde was. De rechtbank overweegt dat in situaties als deze de burgemeester, die verantwoordelijk is voor de handhaving van de openbare orde, slagvaardig moet kunnen optreden. Hoewel volgens de parlementaire geschiedenis artikel 172, derde lid een ‘lichte bevelsbevoegdheid’ behelst voor de burgemeester, is de rechtbank van oordeel dat de burgemeester bevoegd was een bevel te geven in de vorm van een gebiedsverbod aan eiser, gelet op de informatie die de burgemeester op dat moment ter beschikking stond. Er hadden immers in relatief korte tijd twee schietincidenten op de Oostelijke Eilanden plaatsgevonden, waarbij eiser telkens betrokken was in die zin dat hij beide keren (zwaar)gewond raakte. De rechtbank kan de redenering van de burgemeester volgen, namelijk dat hij op dat moment de conclusie trok dat eiser twee maal in korte tijd het doelwit was, nog los van de vraag of de twee schietpartijen met elkaar verband hielden. Daarbij heeft de burgemeester kunnen overwegen dat hij de rust in de buurt heeft willen herstellen. Als gevolg van de twee schietincidenten ontstond in de buurt een grote mate van onrust, gevoelens van onveiligheid en de vrees dat meer schietpartijen zouden volgen door aanwezigheid van eiser.