In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is op 20 november 2018 uitspraak gedaan in de zaken met parketnummers 13/701423-18 en 13/701656-18. De verdachte werd beschuldigd van meerdere feiten, waaronder bedreiging en oplichting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 12 maart 2018 medewerkers van restaurant [restaurant 1] heeft bedreigd, maar niet bewezen geacht dat hij hen heeft opgelicht. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte zich als een 'bonafide' klant had gepresenteerd, aangezien niet was aangetoond dat hij voorafgaand aan zijn bestellingen wist dat hij niet over voldoende saldo beschikte. Ook in de andere tenlasteleggingen, zoals heling en bedreiging van andere slachtoffers, heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de meeste aanklachten. De rechtbank achtte wel bewezen dat de verdachte op 22 februari 2018 [slachtoffer 2] heeft bedreigd met brandstichting en dat hij verbalisanten heeft bedreigd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren. Daarnaast zijn er schadevergoedingsmaatregelen opgelegd aan de benadeelde partijen, waarbij sommige vorderingen zijn afgewezen.