ECLI:NL:RBAMS:2018:8300
Rechtbank Amsterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van een bestuursrechter na einduitspraak in de hoofdzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 19 september 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot wraking van mr. A.C. Loman, bestuursrechter te Amsterdam. Het verzoek tot wraking werd ingediend door een verzoeker, die in zijn brief van 12 september 2018 aan de rechtbank zijn bezwaren tegen de rechter uiteenzette. De rechtbank heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek is gedaan nadat de rechter in de hoofdzaak een definitieve uitspraak had gedaan. Volgens artikel 8:16 van de Algemene Wet bestuursrecht (Awb) kan een wrakingsverzoek alleen worden ingediend tegen een rechter die nog een zaak van de verzoeker in behandeling heeft. Aangezien de rechter in deze zaak geen zaak meer van de verzoeker behandelde, werd het verzoek niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank oordeelde dat er geen aanleiding was voor een mondelinge behandeling, omdat het verzoek niet aan de vereisten voldeed. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.