Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Circuit Law Court in Świdnica (Polen)en het strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
Aanwezig waren de officier van justitie mr. J.J.M. Asbroek en de raadsman van de opgeëiste persoon mr. G.E. Helder, advocaat te Bovenkarspel. De rechtbank heeft het onderzoek voor onbepaalde tijd geschorst teneinde de officier van justitie in de gelegenheid te stellen de oproeping op de bij de wet voorziene wijze te betekenen, nu dit niet was gebeurd, de opgeëiste persoon niet was verschenen en de raadsman heeft verklaard niet uitdrukkelijk gemachtigd te zijn verweer tegen de vordering te voeren.
Vervolgens is de oproeping op 1 november 2018 ter griffie van de rechtbank uitgereikt aan de waarnemend griffier en is een afschrift van de oproeping aan het hierboven vermelde, laatst bekende adres van de opgeëiste persoon gezonden.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
final and enforceable judgement, rendered by the District Law Court of Wałbrzych on the 29th of July 2009, reference XK 362/09. In the decision rendered on the 18th of December 2013, reference III Ko 1933/13 the District Law Court of Wałbrzych ordered the execution of the sentence that had been conditionally suspended (1);
- final and enforceable judgement, rendered by the District Law Court of Wałbrzych on the 18th of November 2009, reference XK 962/09. In the decision rendered on the 18th of December 2013, reference III Ko 1932/13 the District Law Court of Wałbrzych ordered the execution of the sentence that had been conditionally suspended (2);
- final and enforceable judgement, rendered by the District Law Court of Wałbrzych on the 16th of June 2010, reference III K 1016/10. In the decision rendered on the 30th of march 2015, reference III Ko 2209/14 the District Law Court of Wałbrzych ordered the execution of the sentence that had been conditionally suspended (3).
van deze straf resteren nog 1 jaar, 3 maanden en 19 dagen;
van deze straf resteren nog 1 jaar, zeven maanden en 28 dagen;
Een door de griffier gewaarmerkte fotokopie van dit onderdeel is als bijlage aan deze uitspraak gehecht.
‘yes, the person appeared in person at the trial resulting in the decision in the case III K 1016/10’.
In zijn verhoor tegenover de officier van justitie heeft de opgeëiste person bestreden dat hij op de hoogte was van dit vonnis. De enkele bewering van de opgeëiste persoon is echter onvoldoende om twijfel te doen ontstaan met betrekking tot de juistheid van de mededeling in het EAB. De in artikel 12 OLW bedoelde weigeringsgrond is op dit vonnis dan ook niet van toepassing.
4.Feit waarvoor dubbele strafbaarheid is vereist
twee voorwaardente zijn voldaan, te weten
and
a) dat de opgeëiste persoon het feit heeft bekend en
b) dat uit het dossier is gebleken dat de opgeëiste persoon geen interesse had voor het welbevinden van zijn kind, dat de moeder van het kind er financieel maar gemiddeld voor stond en dat zijn zoon regelmatig medische behandeling nodig had voor zijn allergie.
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsbepalingen
10.Beslissing
[opgeëiste persoon]voor zover het EAB betrekking heeft op de vrijheidsstraffen die zijn opgelegd wegens de feiten waarvoor hij op 29 juni 2009 en 18 november 2009 door
the District Law Court of Wałbrzychis veroordeeld
.
[opgeëiste persoon]aan
the Circuit Law Court in Świdnicaten behoeve van de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, die is opgelegd wegens het feit, waarvoor hij op 16 juni 2010 door
the District Law Court of Wałbrzychis veroordeeld
.