In deze strafzaak, behandeld door de rechtbank Amsterdam, is de 18-jarige verdachte op 3 januari 2018 aangehouden voor het voorhanden hebben van een omgebouwd gas- en alarmpistool met munitie en een stroomstootwapen. Tijdens de aanhouding verklaarde de verdachte dat hij een vuurwapen bij zich droeg, dat werd aangetroffen tussen zijn broeksband en lichaam. Het wapen bleek (half)geladen te zijn en bevatte vier patronen. De rechtbank heeft op basis van het technisch onderzoek vastgesteld dat het wapen geschikt was om projectielen af te schieten, ondanks dat het stroomstootwapen defect was. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 10 maanden, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, omdat niet was aangetoond dat het gaspistool functioneerde. De rechtbank oordeelde echter dat beide feiten bewezen waren en legde een jeugddetentie op van 8 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals begeleid wonen en reclasseringstoezicht. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zijn leeftijd en het risico voor de veiligheid van anderen door het voorhanden hebben van een vuurwapen. De uitspraak vond plaats op 26 april 2018.