Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer van 3 mei 2018 in de zaak tussen
N.V. Nuon Warmte, te Amsterdam, eiseres (hierna: Nuon)
Procesverloop
Overwegingen
€ 288.517,91.
operationeleaard zijn (en dus kosten voor het uit en in bedrijfstellen; die
nietworden vergoed) of kosten voor tijdelijke voorzieningen van
fysiekeaard (en dus uitvoeringskosten; die
welworden vergoed) zijn.
anderetijdelijke voorzieningen denkbaar zijn die hieronder vallen. In de NKL 1999 zijn, anders dan de minister veronderstelt, de kosten van tijdelijke voorzieningen van fysieke aard in ieder geval niet beperkt tot de kosten van extra kabel- en leidingvoorzieningen. Dat de extra kabel- en leidingvoorzieningen als enige toepassing in de toelichting worden genoemd maakt dat niet anders, nu de inhoud van de regeling zelf leidend is. De minister heeft op zitting betoogd dat het gebruik van het woord ‘zoals’ een fout is in de NKL 1999, maar deze stelling is niet nader onderbouwd en wordt daarom niet gevolgd door de rechtbank, nog daargelaten de vraag voor wiens rekening een dergelijke fout zou moeten komen.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit voor zover daarbij is bepaald dat de kosten voor de warmteketels niet aan Nuon worden vergoed;
- herroept het primaire besluit voor zover daarbij is beslist dat de kosten voor de warmteketels niet aan Nuon worden vergoed, bepaalt dat die kosten, te weten € 288.517,91 wel aan Nuon worden vergoed en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde gedeelte van het bestreden besluit;
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 333,- aan Nuon te vergoeden;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van Nuon tot een bedrag van € 1002,-.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 3 mei 2018.