Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres
[GBA-adres] .
1.Het onderzoek ter terechtzitting
mr. M.E. Woudman en van wat verdachte en zijn raadsman mr. C.J.J. Visser naar voren hebben gebracht.
2.Tenlastelegging
dat hij op of omstreeks 01 mei 2016 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk de politie, gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, in zijn/haar/hun tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door het volgende te roepen en/of te scanderen: ACAB (afkorting voor all copps are bastards - vrij vertaald alle politiemensen zijn klootzakken), althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
3.Voorvragen
De raadsman heeft verwezen naar een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van
6 juni 2016, ECLI:NL:GHARL:2016:4424.
Dit podium wordt in het proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2016 beschreven als ‘een belangrijke statusplaats’ van waaruit men zicht heeft op het hele supportersvak en het hele vak heeft zicht op het podium.
Daarmee is verdachte’s rol een wezenlijk andere dan de rol van de zingende en scanderende voetbalfans om hem heen en is van schending van het gelijkheidsbeginsel geen sprake.
De officier van justitie is ontvankelijk in zijn vervolging van verdachte.
4.Waardering van het bewijs
Er zijn meerdere waarnemingen van verbalisanten. Deze behoren tot een speciaal getrainde eenheid die wordt ingezet rond (risico-)wedstrijden. Zij werken onder codenummer.
[codenummer 1] en [codenummer 2] hebben hun bevindingen in een proces-verbaal vastgelegd en zijn daarin duidelijk over hun waarnemingen en de rol van verdachte. Op de camerabeelden is te zien dat verdachte tijdens de wedstrijd een microfoon in de hand heeft en armbewegingen maakt.
‘olé olé olé’door de supporters. Ambtshalve weten zij dat dit de aanhef is voor het zingen van
‘ACAB’, zo verklaren zij.
Verbalisant [verbalisant 2] vermeldt dat hij verdachte ‘ACAB’ hoort scanderen via de speakers, terwijl hij de groep supporters opruit.[verbalisant 1] en [verbalisant 2] verklaren dat zij zich hierdoor persoonlijk in hun eer en goede naam aangetast voelen en dat zij zich tevens in hun ambtelijke hoedanigheid beledigd voelen, ten overstaan van een volledig gevuld voetbalstadion.
Op basis van vergelijking van de handtekeningen onder de diverse processen-verbaal en onder de verklaringen afgelegd bij de rechter-commissaris is niet vast te stellen of degene die bij de rechter-commissaris is geweest ook degene was die het proces-verbaal van bevindingen heeft opgemaakt.
Dit levert een bewijslacune op, aangezien de processen-verbaal niets anders zijn dan schriftelijke bescheiden houdende een verklaring van een persoon wiens identiteit niet blijkt als bedoeld in artikel 344a lid 1 en lid 3 Wetboek van Strafvordering (Sv). Op een dergelijke verklaring mag het bewijs niet uitsluitend of in overwegende mate worden gegrond (artikel 344a lid 1 Sv) en in deze zaak is er geen ander bewijs. Een en ander moet tot vrijspraak leiden, aldus de raadsman.
Verder heeft de raadsman erop gewezen dat voor feit 1 het bewijs slechts is gebaseerd op stemherkenning, terwijl niet blijkt dat de getuigen zijn opgeleid tot het doen van stemherkenningen. Ook dit moet leiden tot vrijspraak.
Verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 1] maken samen een proces-verbaal van bevindingen op naar aanleiding van de voetbalwedstrijd Ajax-FC Twente op 1 mei 2016 in de Arena te Amsterdam. Zij beschrijven daarin in algemene termen de rol van verdachte, die zij aanduiden met zijn voornaam [verdachte] .
Daarnaast maakt verbalisant [verbalisant 1] melding van een kalende man die de ACAB-leus blijft zingen, dan wel scanderen in de richting van de verbalisanten. Van deze kalende man is een foto bij de stukken gevoegd.
De rechtbank stelt vast dat het hoofd van verdachte (thans) kalend of kaalgeschoren is. Op een foto in het dossier waarop verdachte zichzelf heeft herkend, was dat ook zo.
verklaart in een verhoor bij de rechter-commissaris (31 oktober 2016) echter tevens dat de ‘kalende man’ op de foto niet verdachte is. [verbalisant 1] beschrijft de algemene gang van zaken en op de vraag van de rechter-commissaris of hij verdachte ‘ACAB’ heeft horen zingen verwijst hij naar het opgemaakte proces-verbaal (van bevindingen) en verklaart hij dat hij niet kan zeggen dat hij verdachte ‘ACAB’ heeft horen zingen.
5.Bewezenverklaring
6.6. De strafbaarheid van het feit
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
Verdachte heeft vanuit een superieure positie – het podium bij het vak van de harde kern Ajaxsupporters – een aantal grove beledigingen geuit richting één van de spelers van de tegenpartij, [persoon 1] , voetballer van [voetbalploeg] . Verdachte is zich ervan bewust dat hij een aanjager is van liederen en spreekkoren en het moet hem niet hebben verbaasd dat het beledigen van [persoon 1] , dat al aan de gang was, verhevigd kon worden door zijn deelname. Verdachte gebruikt een microfoon die verbonden is met de speakerboxen boven vak [vak 2] . Bovendien waren in dit geval de beledigingen gericht aan één specifieke speler die zich bijzonder ongemakkelijk en in zijn eer aangetast moet hebben gevoeld en de indruk moet hebben gekregen dat het hele stadion zich tegen hem keerde. Verdachte is te ver gegaan in zijn woordkeus en heeft met opzet [persoon 1] gekrenkt. Dit verwijt de rechtbank verdachte.
9.9. Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
eenvoudige belediging.
[verdachte], daarvoor strafbaar.
€ 750,-(zevenhonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 15 dagen.
€ 500,-(vijfhonderd euro), van deze geldboete, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 10 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
,indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
mrs. A.K. Glerum en M.J.F. van der Wolf, rechters,
in tegenwoordigheid van L.C. Werkman, griffier,
De verklaring die verdachte ter terechtzitting heeft afgelegd, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Een proces-verbaal met nummer 2016029518-15 van 8 februari 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [opsporingsambtenaar 1] (doorgenummerde pag. A 03)
Gedurende de wedstrijd hoorde ik het publiek scanderen “NSB-er, je moeder is een hoer, hoerenjong” en woorden van gelijke strekking. Ik voel mij door deze woorden gekrenkt en ben hierdoor beledigd. Verdere woorden die ik heb gehoord zijn: “ [persoon 1] , je moeder is een hoer”. Nogmaals, ik voel mij hierdoor beledigd.
Een proces-verbaal met nummer 2016029518-5 van 7 februari 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [codenummer 1] en [codenummer 2] (doorgenummerde pag. A 06).
Een deel van de fanatieke supporters neemt plaats op de vakken [vak 1] . Dit zijn de zogeheten ‘ [naam vak] ’. Ons is ambtshalve bekend dat twee personen de leiding hebben over deze groep ultra’s: [verdachte] (
de rechtbank leest: [verdachte]) [verdachte] en [persoon 2] .
Wij bevonden ons op een positie waarbij wij zicht hadden op vak [vak 1] . Wij zagen een tweetal personen op het podium gepositioneerd staan. Dit betroffen de heren [verdachte] (
de rechtbank begrijpt: verdachte).
In de 55e minuut van de wedstrijd hoorden wij meermaals het gehele vak zingen: “ [persoon 1] hoerenjong!”, “ [persoon 1] NSB, [persoon 1] NSB”. Hierbij was de opvallende waarneming dat [verdachte] verbaal te horen was via de microfoon en deze spreekkoren herhaalde.
Een proces-verbaal met nummer 2016029518-19 van 29 maart 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [opsporingsambtenaar 2] (doorgenummerde pag. C 14).
Tijdens de wedstrijd vonden tevens meerdere kwetsende, beledigende spreekkoren plaats die gericht waren aan [een speler] van [voetbalploeg] , [persoon 1] .
[verdachte] was tijdens de wedstrijd te horen middels een microfoon en de daaraan gekoppelde speakerboxen. Tijdens de wedstrijd is gehoord dat hij onder andere de navolgende woorden heeft geuit:
* [persoon 1] Hoerenjong!
* [persoon 1] NSB.
[verdachte] zijn woorden waren voor het gehele stadion hoorbaar omdat de stadionspeakers aan zijn microfoon waren gekoppeld.