4.5.Bewezenverklaring
De rechtbank acht het primair ten laste gelegde bewezen,
dat verdachte op 29 maart 2016 te Amsterdam als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een personenauto, daarmee rijdende over de Verlengde Stellingweg en de kruising van de Verlengde Stellingweg met de toerit naar de Rijksweg A10 (S118), zich zodanig, te weten aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor aan een ander, zijnde [slachtoffer] , zwaar
lichamelijk letsel, te weten een (verbrijzelde) polsfractuur links, werd toegebracht,
bestaande dat gedrag hieruit:
verdachte heeft gereden over de Verlengde Stellingweg, komende uit de richting van Oostzaan en gaande in de richting van de Molenaarsweg,
verdachte is, gekomen bij voornoemde kruising, bij het verkrijgen van voor het rechtdoorgaand en linksafslaand verkeer geldend groen licht uitstralend verkeerslicht,
in strijd met bord D4 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (gebod tot het volgen van de aangegeven richting) en/ in strijd met het bepaalde in artikel 78 lid 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (volgen van teken op het wegdek), naar rechts afgeslagen de toerit naar de Rijksweg A10 (S118) op,
verdachte heeft zich hierbij niet voldoende vergewist dat voornoemde kruising vrij was van kruisend verkeer,
verdachte heeft vervolgens een bromfietser, zijnde voornoemde [slachtoffer] , die het vrijliggend brom/fietspad van de Verlengde Stellingweg bereed, komende uit de richting van Oostzaan en gaande in de richting van de Molenaarsweg, en bezig was de toerit naar de Rijksweg A10 (S118), bij een in zijn richting gekeerd en voor het verkeer in zijn richting geldend groen licht uitstralend verkeerslicht, over te steken, geen voorrang verleend,
[slachtoffer] heeft vervolgens een noodremming gemaakt teneinde een aanrijding met de door verdachte bestuurde personenauto te voorkomen waardoor voornoemde [slachtoffer] ten val is gekomen,
hierdoor werd aan [slachtoffer] vorenomschreven zwaar lichamelijk letsel toegebracht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.