ECLI:NL:RBAMS:2017:4355

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
1 juni 2017
Publicatiedatum
22 juni 2017
Zaaknummer
622172 / HA RK 17-18
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot ontslag bestuurders en ontbinding van Stichting Bewoners Centrum Osdorp

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 1 juni 2017 uitspraak gedaan in het verzoek van het Openbaar Ministerie (OM) tot ontslag van de bestuurders van de Stichting Bewoners Centrum Osdorp (SBCO) en tot ontbinding van de stichting. Het OM verzocht om ontslag van de bestuurders op grond van artikel 2:298 van het Burgerlijk Wetboek (BW) en om ontbinding van de stichting op grond van artikel 2:301 BW. Het OM stelde dat SBCO niet voldeed aan haar doelstellingen en dat er sprake was van wanbeheer. Tijdens de procedure werd duidelijk dat de stichting sinds haar oprichting in 1998 geen substantiële activiteiten had ontplooid en dat er vermoedens bestonden van criminele activiteiten die gebruik maakten van de stichting als dekmantel.

De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het OM niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de claims van wanbeheer en dat de stichting, hoewel amateuristisch geleid, niet zodanig tekortschiet in haar functioneren dat ontslag van de bestuurders gerechtvaardigd is. Ook de ontbinding van de stichting werd afgewezen, omdat niet is aangetoond dat het vermogen van de stichting onvoldoende is voor de verwezenlijking van haar doelstellingen. De rechtbank concludeerde dat de stichting nog steeds een functie vervult, ook al is deze beperkt, en dat er geen reden is om aan te nemen dat de stichting niet meer in staat is haar doelstellingen te realiseren. De verzoeken van het OM werden dan ook afgewezen.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/13/622172 / HA RK 17-18 en
zaaknummer / rekestnummer: C/13/622173 / HA RK 17-19
Beschikking van 1 juni 2017
in de zaak van
OPENBAAR MINISTERIE, ARRONDISSEMENTSPARKET AMSTERDAM,
namens deze mr. O.J.M. van der Bijl, Officier van Justitie,
verzoeker
en

1.[verweerder] ,

wonende te [woonplaats] ,
verweerder,
advocaat mr. A. Kotan te Amsterdam,
2.
[belanghebbende sub 2],
wonende te [woonplaats] ,
3.
[belanghebbende sub 3],
wonende te [woonplaats] ,
4. de stichting
STICHTING BEWONERS CENTRUM OSDORP,
gevestigd te Amsterdam,
belanghebbenden.
Verzoeker wordt hierna het OM genoemd. Verweerder wordt hierna [verweerder] genoemd. Verweerder en belanghebbenden worden hierna [gezamenlijk] genoemd.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
  • de tussenbeschikkingen van deze rechtbank in bovenstaande zaken van 16 maart 2017;
  • de brief van mr. Van der Bijl, ingekomen ter griffie op 13 april 2017;
  • de (fax)brief van mr. Van der Bijl van 20 april 2017.
1.2.
Beschikking is bepaald op heden. Partijen zijn van de beschikkingsdatum op de hoogte gesteld.

2.De feiten

2.1.
De stichting Stichting Bewoners Centrum Osdorp (hierna: SBCO) is bij akte van 3 augustus 1998 opgericht. De laatste statutenwijziging heeft 27 december 2000 plaatsgevonden.
2.2.
Artikel 2 van de statuten luidt als volgt:
DOEL EN MIDDELEN
Artikel 2
1.
De stichting heeft ten doel:
a.
de versterking van de sociale samenhang tussen de bewonders van verschillende culturen uit het stadsdeel Osdorp van de gemeente Amsterdam;
b.
het leveren van een bijdrage aan het tegengaan van door bewoners van bedoeld stadsdeel veroorzaakte overlast aan andere bewoners van dat stadsdeel, alsmede aan in dat stadsdeel gevestigde bedrijven en instellingen.
2.
De stichting tracht haar doel te bereiken door:
a.
het huren of op een andere titel verwerven van ruimten ten behoeve van haar activiteiten;
b.
het inrichten, exploiteren en instandhouden van één of meer ontmoetingsruimten voor bewoners van meer bedoeld stadsdeel;
c.
het ((zo veel mogelijk door de bedoelde bewoners doen) organiseren van activiteiten ten behoeve van de bewoners van meer bedoeld stadsdeel;
d.
het geven van voorlichting over drugs-, alcohol-, aids- en criminaliteitspreventie;
e.
het verstrekken van adviezen;
f.
het samenwerken met andere instellingen, zoals het stadsdeelbestuur, sociaal raadslieden, buurtvaders, wijk- en buurtcentra, politie, justitie, alcohol- en drugspreventieinstellingen, woningcorporaties, welzijninstellingen, sportverenigingen en scholen; en
g.
het verrrichten van al hetgeen met vorenstaande – in de ruimste zin genomen – in verband staat of daaraan bevorderlijk kan zijn.
3.
De stichting heeft maken van winst uitdrukkelijk niet ten doel.”.
2.3.
Blijkens een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel van 12 januari 2017 bestaat het huidige bestuur uit [verweerder] (voorzitter), [belanghebbende sub 2] (secretaris) en [belanghebbende sub 3] (penningmeester).

3.Het verzoek

3.1.
Het verzoek strekt tot schorsing en ontslag van de huidige bestuurders van SBCO op grond van artikel 2:298 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Tevens strekt het verzoek tot ontbinding van SBCO op grond van artikel 2:301 BW.
3.2.
Het OM legt het volgende aan haar verzoeken ten grondslag.
Algemeen
Verzoek om inlichtingen SBCO
Het OM heeft bij brief van 23 september 2016 [gezamenlijk] schriftelijk (regulier en aangetekend) verzocht om inlichtingen ex artikel 2:297 BW. Uiteindelijk heeft het OM op 24 oktober 2016 stukken van [gezamenlijk] ontvangen. Bij brief van 27 oktober 2016 heeft het OM om toelichting hiervan verzocht. Uiteindelijk heeft [gezamenlijk] op 6 december 2016 zonder verdere uitleg stukken aan het OM gezonden.
Handelen in strijd met de statuten / wanbestuur
Van SBCO zijn geen (sociale) media-activiteiten te vinden op (een verwijzing naar) de Kamer van Koophandel registratie. Activiteiten die dienen om het doel van SBCO te realiseren zijn niet bij het OM bekend.
[gezamenlijk] komen veelvuldig voor in de politiesystemen. In 2015 zijn er bij verschillende
horeca-gerelateerde gelegenheden invallen geweest. Bij een aantal stichtingen werden criminele activiteiten geconstateerd. SBCO komt veelvuldig naar voren bij deze onderzoeken. Op 6 februari 2015 is een bezoeker van het koffiehuis van SBCO aangehouden. Bij doorzoeking van zijn woning zijn een volautomatisch aanvalswapen, patronen en meerdere handgranaten aangetroffen. De oprichter van SBCO (thans geen bestuurder meer) is hierbij eveneens aangehouden, in zijn woning wordt een automatisch vuurwapen aangetroffen.
Uit informatie van 14 februari 2016 van het Team Criminele Inlichtingen blijkt dat “het koffiehuis BCO door veel Turkse criminelen wordt bezocht om aldaar hun criminele contacten te ontmoeten. Omdat het een oud schoolgebouw betreft wanen de criminelen zich veilig” en dat “het Turkse koffiehuis aan de Notweg wordt bezocht door Turkse mannen die met vuurwapens bewapend zijn”.
Bij brief van 24 oktober 2016 hebben [gezamenlijk] aangegeven “dat de stichting momenteel geen activiteiten ontplooit omdat zij al vanaf het begin ‘weggepest’ is; zij krijgt namelijk vanaf haar oprichting al geen enkele cent subsidie. Hiernaast heeft zij ook geen vaste locatie gehad omdat zij telkens moet intrekken in diverse panden die de gemeente haar aanwijst” en dat “wat betreft de inkomsten van de stichting: deze bestaan uit de bijdragen van de leden waarmee de kosten en de vaste lasten worden betaald (huur, gas, elektra, warme en koude drankjes)”.
Uit de stukken aangeleverd door [gezamenlijk] blijkt onvoldoende hoe het financiële beheer van SBCO in elkaar steekt.
Bovenstaande leidt tot het vermoeden dat er sprake is van een constructie waarbij personen met criminele antecedenten gebruik maken van SBCO – als dekmantel – om zo criminele contacten en/of activiteiten te ontplooien, in elk geval om activiteiten te ontplooien die niet conform de doelomschrijving van de stichting zijn. Dat is in strijd met de statuten en levert wanbestuur op, nu voor het OM het gehele financiële beheer van SBCO onduidelijk is en er mogelijk middelen wegvloeien naar andere doelen dan vermeld in de statuten.
Ontslag bestuurders
Gezien bovenstaande verzoekt het OM om het ontslag van de huidige bestuurders van SBCO op grond van artikel 2:298 BW.
Ontbinding van SBCO
Aan dit verzoek legt het OM eveneens het volgende ten grondslag. Uit de literatuur volgt dat artikel 2:301 BW beoogt het voortbestaan van stichtingen die hun zin hebben verloren of niet kunnen waarmaken te voorkomen. Het is een bescherming van de maatschappij tegen loze instellingen. SBCO valt onder deze beschrijving.
Het OM verwijst naar een arrest van de Hoge Raad (d.d. 2 november 2001, ECLI:NL:HR:2001:AD5034) . Hierin gaat de Hoge Raad mee in het oordeel van het Hof dat de stichting “nu er jarenlang van enig concreet doel geen sprake is” ontbonden diende te worden.
Het OM stelt dat SBCO alleen dient als dekmantel voor criminele doeleinden die geen verband houden met de doelstelling van SBCO. Voortzetting van SBCO zou, gelet het voorgaande, niet leiden tot realisatie van de doelstelling. Wijziging van de doelstelling zal alleen de schijnconstructie in stand houden onder het mom van een andere doelomschrijving.
Het OM verzoekt om ontbinding van SBCO.
Mocht het verzoek om ontbinding toegewezen worden dan verzoekt het OM om benoeming van een vereffenaar.

4.Het verweer

4.1.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft Gedik verweer gevoerd tegen het verzoek van het OM.
4.2.
SBCO organiseert kleinschalige activiteiten. Het verzoek om subsidie is afgewezen. Na het overlijden van de heer [naam 1] (vorig jaar) is het misgegaan tussen de wel en niet gesubsidieerde activiteiten. SBCO is voor de samenleving belangrijk en verstrekt informatie (GGD). Ouderen en hangjongeren moeten zich in dezelfde omgeving thuis voelen en gezond bezig zijn. SBCO is samen met meerdere instanties in een oud schoolgebouw gevestigd. Er vinden nog steeds activiteiten plaats, deze worden echter niet goed georganiseerd. De financiering hiervan wordt bekostigd vanuit de verkoop van onder andere frisdranken. Een van de activiteiten is de bezoeker te helpen met het begrijpen van brieven van bijvoorbeeld het ziekenhuis of de belastingen.
Per dag komen er zo’n 20 tot 40 bezoekers.
SBCO is geschrokken van de reactie van het OM.
Of SCBO wel of niet haar doel probeert te verwezenlijken ligt eraan hoe dat doel gelezen wordt. Voor verwezenlijking van het doel is geld nodig. SBCO heeft een jaarlijkse omzet van ongeveer € 10.000,00 tot € 11.000,00. De huur van het pand is € 7.000,00. Het bereiken van het doel met beperkte middelen wordt gerealiseerd door het uitoefenen van invloed op jongeren en door het helpen en wegwijs maken van ouderen. Er wordt geen gebruik gemaakt van (sociale) media, alles gebeurt door middel van mond op mond reclame.

5.De beoordeling

5.1.
Het OM heeft in boek 2 van het BW in het kader van haar toezichthoudende taak op rechtspersonen, een aantal bevoegdheden toebedeeld gekregen. Eén van die bevoegdheden is het indienen van een verzoek tot ontslag van bestuurders van een stichting. Een belanghebbende die een dergelijk verzoek indient zal een eigen belang moeten aantonen. De positie van het OM is in zoverre anders dat zij een algemeen belang dient aan te tonen. De rechtbank is van oordeel dat het OM voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat met haar verzoek een algemeen belang is gediend. Uit bovenstaande blijkt dat het OM ontvankelijk is in haar verzoeken.
5.2.
Artikel 2:298 lid 1 BW bepaalt, voor zover relevant, dat de rechtbank een bestuurder van een stichting kan ontslaan op verzoek van het openbaar ministerie of op verzoek van iedere belanghebbende, indien deze iets doet of nalaat in strijd met de bepalingen van de wet of van de statuten of zich schuldig maakt aan wanbeheer.
5.3.
Artikel 2:301 lid 1 BW bepaalt dat de rechtbank op verzoek van een belanghebbende of het openbaar ministerie de stichting ontbindt indien, kort gezegd, het vermogen van de stichting onvoldoende is voor verwezenlijking van haar, indien het doel van de stichting bereikt is of niet meer bereikt kan worden en gewijzigd kan worden.
5.4.
Ter terechtzitting heeft het OM verduidelijkt dat de bezoeker van het koffiehuis waarbij een wapen is aangetroffen niet in of in de buurt van het koffiehuis is aangetroffen met een wapen. Het betrof een persoon die ook eens het koffiehuis heeft bezocht waarbij op enig moment een vuurwapen is aangetroffen. Ook de handel en wandel van een voormalig bestuurslid staat in een verder verband van de stichting. Verder kan, evenmin als in het strafrecht, de genoemde CIE-informatie als concreet bewijs worden beschouwd. Verder is niet gebleken dat de, uiteindelijk wel, door de stichting verschafte informatie ondeugdelijk was. De boekhouding is bepaald summier te noemen maar dit is niet onbegrijpelijk voor een stichting die slechts zeer beperkte geldstromen kent.
5.5.
De rechtbank overweegt dat uit de door het OM aangevoerde feiten hooguit kan worden afgeleid dat de stichting wellicht amateuristisch wordt geleid en slechts in beperkte mate slaagt in het verwezenlijken van haar doelen. Niet is gebleken van feiten en omstandigheden die het ontslag van het huidige bestuur van SBCO rechtvaardigen. Nu gezien het bovenstaande evenmin aannemelijk is gemaakt dat er sprake is van een geval zoals vermeld in artikel 2:301 BW, zal het verzoek tot ontbinding van SBCO eveneens worden afgewezen.

6.De beslissing

De rechtbank
6.1.
wijst het verzoek om ontslag van de bestuursleden van de stichting Stichting Bewoners Centrum Osdorp, gevestigd te Amsterdam, af,
6.2.
wijst het verzoek tot ontbinding van de stichting Stichting Bewoners Centrum Osdorp, gevestigd te Amsterdam, af.
Deze beschikking is gegeven door mr. B.T. Beuving en in het openbaar uitgesproken op 1 juni 2017.