Op 12 april 2017 heeft de curator Duco Jacob van Dongen, pro se en in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van Powerstorm B.V., een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank Amsterdam. Dit verzoekschrift was gericht op de vernietiging van het vonnis van 4 april 2017, waarbij Powerstorm B.V. op verzoek van de vennootschap naar Iers recht Data-Part Ltd. in staat van faillissement was verklaard. De curator stelde dat de vordering van Data-Part ten onrechte was gericht aan Powerstorm B.V. en dat deze vordering in werkelijkheid verschuldigd was door Powerstorm Inc., een andere entiteit die op hetzelfde adres is gevestigd. De curator betoogde dat er verwarring was ontstaan door de gelijkenis in naam en adres van beide vennootschappen.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op 3 mei 2017, waar de curator en de advocaten van de betrokken partijen hun standpunten hebben toegelicht. De curator voerde aan dat hij als belanghebbende in de zin van artikel 10 van de Faillissementswet (Fw) moet worden aangemerkt, en dat hij recht heeft op verzet tegen de faillissementsverklaring. Data-Part verweerde zich tegen dit verzoek en stelde dat zij wel degelijk een vordering had op Powerstorm B.V., en dat de curator niet voldoende onderzoek had gedaan naar de activa van de gefailleerde.
De rechtbank oordeelde dat de curator inderdaad als belanghebbende kan worden aangemerkt en dat er onvoldoende bewijs was voor een vorderingsrecht van Data-Part op Powerstorm B.V. De rechtbank verklaarde het verzet gegrond, vernietigde het vonnis van 4 april 2017 en stelde de kosten van het verzet ten laste van Data-Part. De uitspraak werd gedaan door rechter G.H. Marcus, bijgestaan door griffier J.M. van Leeuwen, en werd openbaar uitgesproken op 10 mei 2017.