In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 13 juli 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, vertegenwoordigd door mr. M. Hoogendonk, en Zilveren Kruis Zorgkantoor N.V., vertegenwoordigd door mr. M.R.A. Raghoebarsingh. De zaak betreft de afwijzing van een aantal aanvragen voor persoonsgebonden budget (pgb) door de zorgverzekeraar voor de jaren 2013 en 2014. Eiser had verantwoording afgelegd voor zorgkosten, maar de zorgverzekeraar weigerde deze kosten te vergoeden, met als argument dat de geleverde zorg niet onder de AWBZ valt. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de zorg die eiser heeft ontvangen, gericht was op het bevorderen van zijn zelfredzaamheid en dat deze zorgactiviteiten niet alleen als vrijetijdsbesteding kunnen worden gekwalificeerd. De rechtbank heeft de argumenten van eiser, die stelde dat de zorgverlener hem hielp bij het oefenen van sociale vaardigheden en het omgaan met conflicten, serieus genomen. De rechtbank oordeelde dat de activiteiten die door de zorgverlener zijn uitgevoerd, wel degelijk onder de begeleiding zoals bedoeld in de AWBZ vallen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het bestreden besluit van de zorgverzekeraar vernietigd en bepaald dat de zorgverzekeraar binnen zes weken een nieuw besluit moet nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met de uitspraak van de rechtbank. Tevens is de zorgverzekeraar veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten en het griffierecht aan eiser.