Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[verzoeker 1] ,
1.De procedure
- het verzoekschrift, met producties;
- de beschikking van 10 september 2015, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- het verweerschrift, met producties;
- het aanvullend verzoekschrift, met een productie;
- de mondelinge behandeling van 27 november 2015 en het daarvan opgemaakt proces-verbaal met de daarin vermelde stukken.
2.De feiten
3.Het verzoek en het verweer
4.De beoordeling
lopend geding. Naar het oordeel van de rechtbank kan een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor niet worden aangemerkt als een
lopend geding. Dit verzoek wordt immers juist ingediend om te bewerkstelligen dat getuigen worden gehoord voordat een geding aanhangig is/wordt gemaakt. Op grond van artikel 1022c Rv zal de rechtbank zich evenwel onbevoegd verklaren op dezelfde gronden als gelden voor de afwijzing van het verzoek strekkende tot het horen van getuigen.